De risico's van dividend uitkeren
Nieuws box 2 in 2024
Vanaf 2024 komen er 2 tarieven voor de box 2 heffing. Wellicht gaat het tarief voor box 2 omhoog van 26,9% tot 29,5%. Over een dividend uitkering tot € 67.000 gaat het tarief omlaag, namelijk naar 26%. Voor de DGA is het dan nog voordeliger om te kiezen voor een dividend uitkering. Een hoger loon is belast in box 1 en voor dividenden geldt het gecombineerde tarief voor de Vennootschapsbelasting (15% tot € 395.000) en box 2. Let er ook op dat vanaf 2023 de maximale rekening courant schuld nog € 700.000 mag bedragen (wetsvoorstel excessief lenen DGA). Wilt u een berekening ontvangen van een optimaal salaris of een fiscale scan van uw prive en/of BV situatie? Stuur ons dan gerust een e-mail voor een vrijblijvende offerte. Lees ook dit artikel over dividenduitkering in 2023 of 2024
Aangifte dividendbelasting kan digitaal in 2024
De aangifte dividendbelasting die een BV moet indienen als er dividend wordt uitgekeerd kan ook digitaal worden ingediend. Vanaf 1 juli 2024 moet dit zelfs digitaal. Als een rechtspersoon dividend uitkeert aan bijvoorbeeld een DGA dan moet binnen 1 maand na het besluit een aangifte dividendbelasting worden ingediend. De af te dragen dividendbelasting door de rechtspersoon bedraagt 15%. U kunt de aangifte digitaal indienen via mijn belastingdienst zakelijk. De papierenversie kunt u hier downloaden.
Update
Directeuren-grootaandeelhouders (DGA's) krijgen in 2017 (en 2018 en 2019) de mogelijkheid om hun pensioen in eigen beheer van de balans te halen (af te kopen). Dit kan met een korting van 34,5% in 2017 (en in de jaren daarna tegen lagere percentages, namelijk 2018: 25% en 2019: 19,5%). Heeft u geen geld, dan resteren er twee opties:
- Premievrij maken;
- Spaarvariant kiezen.
Pensioen in eigen beheer opbouwen is dus vanaf 2017 feitelijk voorbij.
De invoering is uitgesteld tot 1 april 2017, lees hiertoe deze brief van de Staatssecretaris van Financiën.
Inleiding
Wij krijgen veel vragen van cliënten en hun adviseurs over de mogelijkheid om dividend uit te keren. Voor de invoering van het nieuwe B.V.-recht (flex B.V.) op 1 oktober 2012 was het veelal geen probleem om dividend uit te keren, als het vermogen maar positief was en er notulen van de AVA waren opgesteld. Na 1 oktober 2012 moet u vooraf wel drie keer nadenken, of het uitkeren van vermogen wel kan en wat de mogelijke consequenties hiervan kunnen zijn. Een consequentie is de hoofdelijke aansprakelijkheid voor bestuurders. Dit geldt voor de volgende handelingen, inhoudende vormen van uitkeren van vermogen:
- Uitkering van de winst of reserves (dividend);
- Terugbetaling op aandelen in het kader van kapitaalvermindering;
- Inkoop van eigen aandelen, anders dan om niet.
Balanstest en uitkeringstoets
Het bestuur van een vennootschap is onder het huidige B.V.-recht (let wel: iedere B.V. is tegenwoordig een zogenaamde flex B.V.) verplicht om bij elke hierboven genoemde vorm van uitkering van vermogen aan aandeelhouders na te gaan of dit verantwoord is. De wet zegt vrij vertaald het volgende:
- De AVA is bevoegd tot het nemen van een besluit tot vaststellen van een (dividend-)uitkering voor zover het vermogen groter is dan de wettelijke en statutaire reserves. Dat wordt balanstest genoemd.
- Het besluit heeft geen gevolg totdat het bestuur goedkeuring verleent.
- Het bestuur weigert slechts goedkeuring als zij weet of redelijkerwijs
behoort in te zien dat de vennootschap na uitkering niet zal kunnen doorgaan
met het betalen van haar opeisbare schulden. Dat is de uitkeringstoets
of uitkeringstest.
Aan bovenstaande verplichtingen zijn aansprakelijkheidssancties gekoppeld voor bestuurders en aandeelhouders. Men is persoonlijk aansprakelijk voor tekorten bij de B.V. welke zijn ontstaan door de uitkering, vermeerderd met de wettelijke rente. Let bij de balanstest op negatief vermogen en op de wettelijke en / of statutaire reserves, bijvoorbeeld bij de aanwezigheid van deelnemingen. Ter zake van de niet uitgekeerde dividenden van deelnemingen (welke zijn gewaardeerd tegen de intrinsieke waarde) moet een wettelijke reserve op de balans worden opgenomen. Dit is beklemd vermogen en dit beperkt de mogelijkheid tot het doen van dividenduitkeringen. Let op dat dit niet altijd op juiste wijze in de commerciële jaarrekening staat vermeld.
Het gaat bij de balanstest om een belangenafweging tussen de aandeelhouders en de schuldeisers, de continuïteit op langere termijn van de vennootschap staat voorop! Volgens de parlementaire behandeling is de beoordelingsperiode een jaar vanaf de uitkering, maar voorzienbare zaken daarna moeten ook worden meegenomen. Het is niet helder waar de grens ligt.
Het vastleggen van de balanstest en uitkeringstest is niet expliciet voorgeschreven, maar verdient wel degelijk aanbeveling en versterkt de positie bij een eventuele aansprakelijkheidsstelling.
Fiscaal risico bij pensioen- en stamrechtverplichtingen
Wellicht in de praktijk veel gevaarlijker dan het terugbetalingsrisico is het fiscale risico indien de vennootschap een pensioen- of soortgelijke verplichting op de balans heeft staan. Het uitkeren van dividend kan naast bovengenoemde aansprakelijkheid ook leiden tot de stelling van de fiscus dat er sprake is van afkoop van pensioen, met alle desastreuze financiële gevolgen van dien.
De Belastingdienst (bij monde van het Centraal Aanspreekpunt Pensioenen CAP) is van mening dat er na uitkering van dividend op korte en lange termijn voldoende vermogen moet overblijven om het pensioen te kunnen uitkeren. En daarbij worden de regels wel erg ver opgerekt. Regels die thans (eind 2016) nog niet door de rechter zijn getoetst!
In tegenstelling tot de lage fiscale waardering van pensioen op de fiscale balans, moet voor de dividendtoets volgens het CAP rekening worden gehouden met een waarde die "minimaal gelijk is aan de koopsom die aan een professionele verzekeraar zou moeten worden betaald voor het onderbrengen van de betreffende verplichting”. Als de B.V. het risico van vooroverlijden (nabestaandenpensioen) niet extern verzekert, moet ook dat aspect worden meegenomen. Dit zou een enorm risico betekenen. Het is duidelijk dat dividend uitkeren dan vrijwel nooit mogelijk is. Het verdient in zo'n geval (dat zou u overigens altijd moeten doen!) de aanbeveling een risicoverzekering af te sluiten of om het nabestaandenpensioen uit te ruilen tegen een ouderdomspensioen. Meer over de stelling van het CAP kunt u lezen in het vraag en antwoord besluit 12-008 van 21 september 2012.
Wat te doen?
Doe niet zomaar wat, het kan u duur komen te staan. Leg bovenstaande uitkomsten schriftelijk vast. Vraag uw accountant of neem even vrijblijvend contact met ons op voor overleg. Houd ook onze site in de gaten voor actuele ontwikkelingen en toekomstige jurisprudentie. Of ... bel voor een vrijblijvende afspraak bij ons op kantoor.