Kamervragen boekenonderzoek WVA
Door D66 zijn er Kamervragen gesteld aan de bevoegde Minister van Onderwijs (mevrouw dr. Jet Bussemaker). De vragen zijn per 2 juli 2014 beantwoord. In dit artikel een toelichting op de Kamervragen die zijn gesteld inzake het grootschalige landelijke boekenonderzoek dat door de Belastingdienst is ingesteld naar de rechtmatige toepassing van de afdrachtvermindering onderwijs.
De WVA
De afdrachtvermindering onderwijs is een fiscale regeling waarbij werkgevers een deel van de scholingskosten voor hun personeel in mindering konden brengen op de af te dragen loonheffingen. De regeling is met ingang van 1 januari 2014 afgeschaft en vervangen door de Subsidieregeling Praktijkleren.
Boekenonderzoeken WVA
Met ingang van 2012 heeft de Belastingdienst haar boekenonderzoeken naar de rechtmatigheid van de WVA-claim van werkgevers geïntensiveerd. Inmiddels zijn bij 550 werkgevers correcties doorgevoerd. Bij veel meer werkgevers lopen nog onderzoeken. Er wordt tientallen miljoenen nageheven en thans zijn er diverse procedures onder de hamer. Ons kantoor is betrokken bij tientallen boekenonderzoeken van de Belastingdienst.
Kritiek op antwoorden Kamervragen over boekenonderzoeken WVA
De Minister van Onderwijs geeft aan dat de Belastingdienst bij werkgevers niet de kwaliteit van de beroepsopleiding beoordeelt. Deze controle is voorbehouden aan de onderwijsinspectie. Wel beoordeelt de Belastingdienst, aldus de Minister, de procedurele en administratieve vereisten die aan een MBO-opleiding worden gesteld.
De Minister geeft helaas een onjuist beeld van de praktijk en / of de Minister geeft een richtlijn aan de Belastingdienst die moet worden opgevolgd. Na een zorgvuldige lezing van de antwoorden kan men hierover de volgende opmerkingen maken:
- Als de Belastingdienst bij een boekenonderzoek stelt dat er geen sprake is van een BBL-opleiding en / of dat de lesactiviteiten niet passen binnen het (zogenaamde) kwalificatiedossier, is er sprake van een beoordeling. De handelswijze van de Belastingdienst wordt dus door de Minister van Onderwijs niet erkend. Advies: wijs de Belastingdienst op de onderhavige Kamervragen.
- Het beoordelen van onderwijs valt onder het mandaat van het Ministerie van Onderwijs (en / of de onderwijsinspectie). De Belastingdienst heeft dit mandaat niet.
- Een beroepsopleiding kan enkel worden beoordeeld bij de onderwijsinstelling. De opleiding kan niet worden beoordeeld bij de werkgever / het leerbedrijf.
- Een beroepsopleiding kan ook niet worden beoordeeld op basis van het lesmateriaal van de leerling/ werknemer. Dit lesmateriaal (en de uitslagen) zijn bedoeld om de competentieontwikkeling van de leerling / werknemer te kunnen volgen en beoordelen. Op grond van dit materiaal kan de opleiding niet worden beoordeeld.
- De Belastingdienst mag - aldus de Minister - niet de onderwijskundige aspecten en de kwaliteit van de opleiding beoordelen. De Belastingdienst mag enkel de procedurele en administratieve vereisten controleren. De Belastingdienst mag dus nimmer een inhoudelijk oordeel over de opleiding geven.
Conclusie WVA en boekenonderzoeken
De opleiding kan en mag enkel worden beoordeeld door het Ministerie van Onderwijs. De Belastingdienst heeft hiertoe geen mandaat. Daarnaast kan de opleiding niet op de werkplek of op basis van het lesmateriaal worden beoordeeld. In sommige onderzoeken zie ik dat de Belastingdienst zich keurig aan de spelregels heeft gehouden. Ik zie echter ook dat sommige inspecteurs hun bevoegdheden overschrijden en wel degelijk de opleiding "min of meer" beoordelen.