Belastingdienst mag opleiding niet beoordelen
Belastingdienst verlies terrein in WVA-zaak
De Hoge Raad heeft in navolging van de conclusie van de Advocaat-Generaal een gevoelige tik uitgedeeld aan de Belastingdienst en zet bestendige lijn in bestaande jurisprudentie op een zijspoor.
De casus:
Belanghebbende heeft een timmerfabriek. Werknemers krijgen een BBL-opleiding aangeboden in het kader van "slimmer produceren". De inspecteur is van mening dat de opleiding niet voldoet en dat er geen recht bestaat op WVA afdrachtvermindering. De geclaimde € 60.000 moet worden terugbetaald. De rechters zijn het met de inspecteur eens. In de procedure komen diverse belangrijke rechtsvragen aan de orde:
- Mag de inspecteur de opleiding beoordelen?
- Kan de inspecteur de opleiding beoordelen?
- Is er in strijd gehandeld met het rechtszekerheids- en zorgvuldigheidsbeginsel?
Mag de inspecteur een opleiding beoordelen?
Zowel de Rechtbank als het Gerechtshof zijn van van mening dat de inspecteur de opleiding mag beoordelen. Artikel 14 van de Wet afdrachtvermindering onderwijs biedt aanknopingspunten voor het standpunt van belanghebbende dat de inspecteur en de bestuursrechter niet bevoegd zouden zijn om te beoordelen of sprake is van beroepspraktijkvorming, onvoldoende signalen dat dit niet zou mogen. De AG (adviseur Hoge Raad) is het met de ondernemer eens.
De onderwijsinspectie of onderwijsinspecteur mag het onderwijs beoordelen. Aan de werknemers van de timmerfabriek zijn certificaten uitgereikt, hiermee staat vast dat de opleiding deugt. Hiermee is er voldaan aan de voorwaarden voor de afdrachtvermindering. De Hoge Raad zal nu het slotoordeel moeten geven (ik denk eind 2017).
De opleiding, het programma, de praktijkvorming, etc. moeten aan diverse eisen voldoen. Nu zouden we kunnen zeggen: het is een erkende opleiding (CREBO) die onder toezicht staat van een erkende onderwijsinstelling en hiermee is dit wel duidelijk. In de praktijk zien we echter steeds vaker dat er meer wordt gevraagd dan enkel een certificaat, een overeenkomst of nummertje bij de opleiding.
De rechter stelt hierover het volgende:
- Volgens de rechter is het de bedoeling dat in de praktijk beroepsonderwijs plaatsvindt.
- De Belastingdienst mag - volgens vele rechters in Nederland - blijkbaar een mening hebben over de kwaliteit van het onderwijs en / of het onderwijsprogramma ook is gevolgd. De AG denkt hier nu anders over.
Noot fiscaal jurist over WVA en opleiding
Het is niet aan de Belastingdienst om een opleiding te beoordelen. De ondernemer moet immers op het systeem (diploma wil zeggen dat een opleiding voldoet aan de voorwaarden) kunnen vertrouwen. Dit is bij veel onderzoeken een groot probleem. De HR en de AG zorger er nu voor dat er duidelijkheid komt over de bevoegdheden van de onderwijsinspectie en de Belastingdienst.
De inspecteur / belastingdienst mag niet beoordelen of een opleiding voldoet aan de eisten van de WEB. De inspecteur mag wel beoordelene of een beroepsopleiding is gevolgd. Deze zaak wordt nu dus voor nader onderzoek verwezen. Er is nog niet echt duidelijkheid en de bewijsvoering zal een ding gaan worden.
Bron WVA opleiding
Hoge Raad d.d. 22 september 2017 (ECLI:NL:2017:2436)
AG d.d. 20 april 2017 (ECLI:NL:PHR:2017:372).