De (on)beperkte navorderingstermijn bij het erven van buitenlands vermogen
Met ingang van 1 januari 2012 is de navorderingstermijn onbeperkt geworden ten aanzien van de erfbelasting betrekking hebbende op buitenlands vermogen. Tot en met 31 december 2011 was deze termijn nog 12 jaar. In de jaren 2015, 2016 en 2017 zijn er een aantal arresten gewezen door lagere rechters. Het gaat hier om de volgende arresten:
- Rechtbank Noord-Holland, 18 juni 2015 ECLI:NL:RBNHO:2015:4824;
- Hof Amsterdam, 3 januari 2017, ECLI:NL:GHAMS:2017:27;
- Rechtbank Gelderland, 3 november 2015 ECLI:NL:RBGEL:2015:6628;
- Rechtbank Noord-Holland, 30 september 2016 ECLI:NL:RBNHO:2016:8043;
- Hof Arnhem - Leeuwarden, 31 mei 2016 ECLI:NL:GHARL:2016:4208.
Tegen de uitspraak van het Hof Arnhem - Leeuwarden heeft de Staatssecretaris cassatie ingesteld, De A-G heeft hiervoor op 15 december 2016 zijn conclusie gepubliceerd: Conclusie A-G IJzerman, 15 december 2016 ECLI:NL:PHR:2016:1350.
Rechtbank Noord-Holland, 18 juni 2015
Bij de Rechtbank Noord-Holland ging het om een in het jaar 1981 opengevallen nalatenschap, waarbij in de aangifte successierecht geen melding is gemaakt van buitenlands vermogen. De inspecteur heeft (als gevolg van de inkeer voor de inkomstenbelasting) een navorderingsaanslag successierecht opgelegd met een geschatte verkrijging van Hfl. 1.000.000 (€ 453.780) per erfgenaam. De belanghebbende beroept zich op verjaring en dit wordt door de Rechtbank Noord-Holland bevestigd. De navorderingsaanslag zal dan ook vernietigd worden.
Hof Amsterdam, 3 januari 2017
Dit betreft de procedure van de Rechtbank Noord-Holland van 18 juni 2015 in hoger beroep. Ook het Hof volgt het oordeel van de Rechtbank Noord-Holland, navordering is niet mogelijk.
Rechtbank Gelderland, 3 november 2015
In het arrest dat door de Rechtbank Gelderland is gewezen ging het om een in 1998 overleden erflater, tot de nalatenschap behoorden onder meer een tegoed op een bankrekening en effecten bij een Zwitserse bank. Ook hier is belanghebbende overgegaan tot inkeer van het box 3 vermogen middels een vrijwillige verbetering. Bij deze vrijwillige verbetering heeft belanghebbende aangegeven dat het vermogen krachtens vererving is verkregen en dat deze tegoeden en effecten niet in de aangifte successierechten zijn vermeld. Ook hier dient de navorderingsaanslag volgens de Rechtbank Gelderland vernietigd te worden.
Tegen deze uitspraak is hoger beroep aangetekend.
Rechtbank Noord-Holland, 30 september 2016
In het in 2016 gewezen arrest van de Rechtbank Noord-Holland ging het om een erflater die in 1982 is overleden. Op de aangifte erfbelasting werd een bedrag van ruim Hfl. 1,3 miljoen aangegeven. Eén van de erfgenamen is overgegaan tot vrijwillige verbetering (inkeer) in het jaar 2012. In deze melding had de erfgenaam ook beschreven hoe hij aan het vermogen is gekomen. Het vermogen was afkomstig van de in 1982 overleden erflater. De omvang van het buitenlandse vermogen bedroeg op dat moment maar liefst Hfl. 119.000.000 (!!!). De inspecteur legt naar aanleiding daarvan een navorderingsaanslag erfbelasting op in 2014. De Rechtbank Noord-Holland vernietigt deze navorderingsaanslag daar de navorderingstermijn reeds is verstreken.
In alledrie de arresten wordt verwezen naar de parlementaire behandeling, hierin is echter geen terugwerkende kracht beoogd, zo concluderen de rechters.
Hof Arnhem - Leeuwarden, 31 mei 2016
Deze uitspraak betreft het hoger beroep van het arrest dat gewezen is door de Rechtbank Gelderland, 3 november 2015. het Hof Arnhem - Leeuwarden is het met de Rechtbank Gelderland eens dat uit de tekst van art. 66, lid 3 SW 1956 niet volgt dat aan dit artikellid onbeperkte terugwerkende kracht toekomt. Ten aanzien van de nalatenschappen waarvoor de bevoegdheid tot navordering op 1 januari 2012 reeds was vervallen, is navordering op grond van de onbeperkte navorderingstermin niet mogelijk.
Conclusie A-G IJzerman, 15 december 2016
Advocaat-Generaal IJzerman geeft in zijn conclusie van 15 december 2016, nr. 16/03506 weer dat hij het eens is met het oordeel van de Rechtbank Gelderland en het Hof Arnhem - Leeuwarden. Indien navordering op 1 januari 2012 niet meer mogelijk was op grond van verjaring, dan zal deze navorderingsmogelijkheid als gevolg van de wetswijzinging niet herleven.
Vervolg van de procedure(s)
Op dit moment zijn we in afwachting van het definitieve oordeel van de Hoge Raad.
Indien u meer informatie wenst over bovenstaande uitspraken, neem dan contact op met onderstaande auteur.