Inkeerregeling voor trust en stichting
De mediamolen van het ministerie van Financiën laat weer van zich spreken. Op 10 augustus 2011 heeft de Staatssecretaris een nieuw besluit genomen in het kader van de ontmanteling van structuren met afgezonderd particuliere vermogens (APV), waar de trusts en stichtingen in exotische oorden vaak onder vallen. Klik hier voor het besluit.
Afschaffing inkeerregeling in 2018
Op 1 januari 2018 wordt de inkeerregeling afgeschaft. De afschaffing zal worden opgenomen in het pakket Belastingplan 2018, lees hiertoe deze brief van de Staatssecretaris van Financiën. Via internationale gegevensuitwisseling verwacht de Belastingdienst voldoende informatie te verkrijgen. Er zal dus geen boete matiging meer plaatsvinden.
Inkeren vóór 1 december 2011
Sinds 1 januari 2010 geldt er een wettelijk regime voor de fiscale toerekening van APV, dit wordt ook wel fiscale transparantie genoemd. Het hebben van zo'n trust of stichting komt belastingtechnisch simpel gezegd dus voor rekening van degene die de gelden in de trust of stichting heeft gestort. In het besluit wordt de mogelijkheid gegeven om gebruik te maken van de inkeerregeling tot 1 december 2011, waarbij er dan vanuit wordt gegaan dat er sprake is van vrijwillige verbetering, zonder dat de Belastingdienst er zich op kan beroepen dat de belastingplichtige (of zijn adviseur) kon vermoeden dat de Belastingdienst de belastingplichtige al op het spoor was. Alleen als de Belastingdienst al contact heeft gezocht met de Belastingplichtige in het kader van de APV, kan er geen beroep meer worden gedaan op dit besluit.
In het besluit wordt een totaaloplossing geboden. Echter benadrukt de Staatssecretaris dat alle constructies waarvoor deze APV destijds juist zijn opgericht, met kracht zullen worden bestreden. De voorbeelden die genoemd worden zijn: het verplaatsen van de feitelijke leiding naar een land met een reële heffing (de fiscale transparantieregels gelden dan immers niet meer), schenkingen die zijn gedaan vóór 1 januari 2010 en gevallen waarin aanmerkelijk belang-aandelen worden gekocht van het APV en het APV het vermogen vervolgens uitkeert.
Als u vrijwillig uw buitenlandse trust of stichting zou opgeven, heeft dat als voordeel dat voor inkeer binnen twee jaar na het niet doen van aangifte géén vergrijpboete wordt opgelegd, en voor oudere jaren een gematigde vergrijpboete van 30% geldt.
Gevolgen niet melden of melden na 1 december 2011
Het besluit spreekt van een "voorzovernodiggoedkeuring. Met andere worden, u kunt ook na 1 december 2011 nog gewoon gebruik maken van de inkeerregeling. Het is alleen dan geen vanzelfsprekendheid dat het gematigde boetebeleid van de inkeerregeling van toepassing is. Daarbij geldt als voorwaarde dat de melding plaatsvindt voordat de oprichter weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat de inspecteur met de onjuistheid of onvolledigheid in de belastingaangifte bekend is of bekend zal worden. Wordt vóór 1 december 2011 gemeld, dan wordt er automatisch vanuit gegaan dat aan die voorwaarde is voldaan (tenzij u al een bericht hebt ontvangen van de Belastingdienst).
Als u geen of een onjuiste aangifte heeft ingediend, dan zal de Belastingdienst een hogere boete opleggen indien de inspecteur er zelf achter komt dat de APV niet is aangegeven. De vergrijpboete bedraagt maximaal 100% van de te weinig geheven belastingen. Voor inkomen uit sparen en beleggen maakt de Staatssecretaris een uitzondering, de boete wordt verhoogd tot 300% van de te weinig geheven belasting.
Conclusie
Dit besluit lijkt weer een nieuwe mediacampagne na de voor de Belastingdienst goed verlopen inkeerhetze van 2010. Alleen maar lichtzinnigheid is echter ook een onderschatting. Door het sluiten van de vele belastingverdragen en de beroepen op gegevensuitwisseling tussen Nederland en andere landen, is de Belastingdienst in staat steeds meer gegevens te verzamelen omtrent trusts en stichtingen. De pakkans wordt dus wel degelijk steeds groter.