30% Regeling en de Belastingdienst
De 30% regeling is bedoeld om Nederland aantrekkelijk te maken voor (veel speciale of hoogopgeleide) buitenlandse collega's (werknemers). De oorspronkelijke regeling komt uit 1970 en was toen nog onderbracht in de Inkomstenbelasting. In 2001 is de regeling vervangen en vervolgens in de jaren erna (2012 en 2019 en 2023) minder gunstig geworden. Verdere versobering zal ook nog wel plaatsvinden.
De 30% regeling of 27% regeling
Onder voorwaarden kunnen buitenlandse werknemers in aanmerking komen voor de expatregeling. Als de regeling kan worden toegepast kan maximaal 30% (dadelijk 27%) van het loon uit tegenwoordige dienstbetrekking onbelast (belastingvrij) worden vergoed. Deze vergoeding ziet op extra kosten die de werknemer moet maken voor huisvesting en levensonderhoud. De regeling zou vanaf 2024 worden afgebouwd. De eerste 20 maanden kan nog maximaal 30% van het WNT norm bedrag (233.000 euro) worden vergoed en de daarop volgende 20 maanden nog 20% en de laatste 20 maanden nog 10%. Na 60 maanden stopt de 30% regeling dan definitief. Deze versobering is teruggedraaid. Als een werkgever kan aantonen dat de kosten hoger zijn dan het forfait mogen ook de werkelijke extraterritoriale kosten (ET Kosten) worden vergoed.
Kennisgroep belastingdienst inzake 30% regeling
De kennisgroep van de belastingdienst heeft op diverse vragen over de 30% regeling haar visie opgenomen. Dit betreft de volgende vraagstukken:
- Rechtsvormwijziging en 30% regeling (KG:041:2023:1) Hoe wordt de herziening van de premie Algemeen Werkloosheidsfonds (premie AWf) op grond van artikel 2.3, eerste lid, onderdeel b, Besluit Wfsv, ook wel de 30%-herziening genoemd, vastgesteld als de rechtsvorm van een werkgever in de loop van een kalenderjaar wijzigt?
- Step ip bij einde 30% regeling (KG:003:2022:17) Moet bij het einde van de looptijd van de 30%-regeling de verkrijgingsprijs voor belastingplichtige van de aandelen op basis van artikel 4.25 Wet IB 2001 juncto artikel 16 Uitvoeringsbesluit inkomstenbelasting 2001 (hierna: UBIB 2001) worden gesteld op de waarde in het economisch verkeer?
- 30% regeling en elders belast loon (KG:041:2023:5) Doet de inhoudingsplichtige een juiste aangifte loonheffingen als bij de vaststelling van de 30%-vergoeding geen rekening wordt gehouden met het recht op voorkoming van dubbele belasting en de 30%-vergoeding wordt vastgesteld op € 60.000?
- Overgangsregeling, vergoeding genoten (KG:041:2024:11) : wat wordt verstaan onder vergoeding waarop artikel 31a van toepassing is? In welke periode dienst de vergoeding te zijn genoten?
- Overgangsregeling en onderbreking 30% regeling (KG:041:2024:6) toelichting op begrip onderbreking bij de 30% regeling
- versobering wisseling van inhoudingsplichtige (KG:041:2024:4). Hoe wordt de 30% regeling toegepast bij een nieuwe werkgever/ inhoudingsplichtige? Lees ook KG:041:2024:2
- Jaarlijkse keuze en keuzemoment (KG:041:2024:12): in welk loontijdvak de keuze uit artikel 31a 17e lid nemen? Kan je een keuze herzien?
- kortingsregelingen 30% regeling (KG:041:2024:23) Indien gebruik wordt gemaakt van de uitzondering van de éénmalige, aaneengesloten periode van verblijf van drie maanden, kan in datzelfde kalenderjaar dan daarnaast ook nog gebruik worden gemaakt van de uitzondering van de jaarlijkse periode van verblijf van zes weken?
- Aftopping 30% regeling (KG:041:2024:22) mag de vergoeding op jaarbasis evenredig worden verdeeld over de loontijdvakken? Mag je de 30% regeling optimaliseren via een eindjaarberekening?
30% Regeling wordt 27% regeling
Eind 2023 heeft de tweede kamer voorgesteld om de 30% regeling af te bouwen. Dit wordt in het belastingplan 2025 teruggedraaid (voor groot deel). In 2025 en 2026 blijft de 30% regeling nog gelijk en in 2027 gaat de 30% regeling naar een nieuwe 27% regeling.
30% regeling in 2024 en 2025
Per 1 januari 2024 wordt de 30% regeling aangepast (amendement 30% regeling). Voor ingekomen werknemers die voldoen aan de voorwaarden blijft de 30% regeling voor de eerste 20 maanden zoals deze was. Voor de volgende 20 maanden wordt het percentage gesteld op 20% van het loon en voor de daaropvolgende 20 maanden op ten hoogste 10%. Na 60 maanden is de maximale periode met betrekking tot de 30% regeling verstreken. Bij een beschikking voor een kortere periode dan 60 maanden gelden dezelfde percentages en perioden. Er geldt een overgangsregeling (zie standpunt kennisgroep belastingdienst d.d. 17 april 2024) voor werknemers die in het laatste tijdvak van 2023 een vergoeding genoten en beschikking hiervoor hadden. De 30% regeling moet voor toepassing van het overgangsregime wel in 2022 of 2023 zijn toegepast, zie standpunt kennisgroep belastingdienst d.d. 23 april 2023.
De regeling wordt in 2025 wellicht weer teruggedraaid (brief belastingplan 2024), dit zwalkende beleid zal niet helpen bij het behouden van internationaal opererende bedrijven.
30% regeling in 2023
Per 1 januari 2024 wordt de 30% wederom ingeperkt, nu tot de zogenoemde Balkenende-norm. Hiermee wordt verwezen naar de bezoldigingsnorm voor topfunctionarissen in de Wet normering topinkomens (WNT-norm). In 2022 bedraagt deze WNT-norm € 216.000 op jaarbasis. Aftopping binnen de 30%-regeling komt dus aan de orde als de grondslag voor de 30%-regeling hoger is dan € 216.000. Er wordt wel een overgangsregeling voorgesteld op basis waarvan voor ingekomen werknemers bij wie de 30%-regeling over het laatste loontijdvak van 2022 is toegepast, geldt dat de aftopping van de 30%-regeling pas toepassing vindt vanaf 1 januari 2026. Voor deze groep ingekomen werknemers geldt dat bij aanvang van toepassing van de 30%-regeling nog niet definitief vaststond dat het binnen de regeling maximaal in aanmerking te nemen bedrag vanaf 1 januari 2024 zou worden afgetopt.
Wat zijn de fiscale voordelen van de 30% regeling?
Werkgevers (inhoudingsplichtigen) kunnen extra kosten voor het tijdelijk verblijven buiten het woonland belastingvrij aan de werknemer vergoeden, dit zijn de zogenaamde extraterritoriale kosten (ET-kosten) De werkgever mag hierbij de werkelijke kosten van de werknemer vergoeden. De werkgever mag er ook voor kiezen om 30% van het bruto loon aan de werknemer te vergoeden. Voordeel van de 30% regeling is dan ook dat de administratieve rompslomp minder groot is. Vooraf even uitrekenen wat gunstiger is, is wel aan te bevelen. Er gelden een paar regels:
- Als een werkgever aannemelijk maakt dat de ET-kosten meer bedragen dan 30%, kunnen de werkelijk gemaakte kosten vrij worden vergoed.
- Het is niet mogelijk om naast de 30% regeling ook de werkelijke ET-kosten te vergoeden.
- Als een werkgever de 30% te fors zou vinden, mag de werkgever ook minder vergoeden.
- Er geldt een salarisnorm van € 38.961. Op grond van dit minimum kom je op bruto loon + vergoeding van € 55.659. Is de werknemer jonger dan 30 jaar, dan bedraagt de salarisnorm € 29.616 (cijfers 2021).
- De vergoeding moet in de arbeidsovereenkomst (of een bijlage) worden opgenomen.
- Reiskosten mogen niet naast de 30% vergoeding worden betaald (zie arrest Hoge Raad).
- De 30% regeling moet juist in de loonadministratie worden opgenomen.
- Het geniet de voorkeur om de arbeidsovereenkomst te sluiten als de werknemer nog in het buitenland woont of verblijft. Er moet namelijk sprake zijn van een werknemer die in het buitenland wordt aangeworven. Soms is de lijn een dunne, lees hiertoe deze uitspraak van het Gerechtshof uit 2019. Een studente kwam naar Nederland en ging daarna in Nederland werken, edoch ze had wel een aflopende verblijfsvergunning. Hiermee ontbrak de duurzame band met Nederland.
- De werknemer moet gedurende 16 van de laatste 24 maanden voor de start van zijn werk in Nederland op een afstand van meer dan 150 kilometer van de Nederlandse grens hebben gewoond. Voor werknemers uit Duitsland, België, Frankrijk en het VK is de regeling dus veelal niet van toepassing. In dergelijke gevallen kan de 30% regeling niet worden toegepast, de vrije vergoeding van de werkelijke ET-kosten is dan wel mogelijk.
- De werknemer moet over specifieke deskundigheid beschikken. Dit kan bijvoorbeeld betrekking hebben op bepaalde deskundigheid welke volgt uit een diploma, zie hiertoe deze lijst uit een WOB-verzoek. De deskundigheid en schaarste worden beoordeeld op grond van de opleiding, de werkervaring en het salarisniveau van de functie in Nederland (in vergelijking met salaris in land van herkomst).
- De 30% regeling wordt toegepast voor een periode van maximaal 60 maanden.
Welke kosten behoren tot de extraterritoriale kosten?
De volgende kosten vallen onder de zogenaamde ET-kosten:
- Extra privé gesprekskosten voor bellen met land van herkomst.
- Reiskosten naar land van herkomst, bijvoorbeeld om gezin te bezoeken.
- Extra kosten voor invullen van de aangifte inkomstenbelasting (alleen de extra kosten).
- Taalcursus Nederlands.
- Dubbele huisvestingskosten (hotel).
- Huisvestingskosten mits meer dan 18% van het loon uit dienstbetrekking.
- Kosten voor opslag van meubels en huisraad.
- Medische keuring en vaccinaties.
- Kosten voor aanvragen vrijstelling sociale zekerheid.
- Kosten voor aanvragen verblijfsvergunning etc.
- Kosten kennismakingsreis naar Nederland (met gezin).
- Extra kosten levensonderhoud (eten, energie, etc.) als deze in Nederland duurder zijn.
- Reguliere vrije vergoedingen binnen de werkkostenregeling (zoals verhuiskosten, woon-werkvergoeding, telefoonabonnementen, zakelijke maaltijden, etc.).
Voorbeeld 30% regeling
Een werknemer ontvangt een bruto salaris van € 150.000, hiervan mag € 45.000 onbelast worden verstrekt. Over de resterende € 105.000 moet regulier loonheffing worden berekend.
Extra voordelen en nadelen van de 30% regeling
Naast de belastingvrije vergoeding van 30% van zijn of haar loon heeft de deskundige werknemer nog een voordeel. Gedurende de looptijd van maximaal 60 maanden is de werknemer partieel buitenlands belastingplichtig voor de inkomstenbelasting. Dit wil zeggen dat de werknemer alleen over zijn box 1 inkomen als binnenlands belastingplichtige wordt belast. Over het box 2 en box 3 inkomen wordt de werknemer als buitenlands belastingplichtige belast. Dit betekent dat er geen belasting hoeft te worden betaald over beleggingen of spaarrekeningen.
Een nadeel van de 30% regeling kan zijn dat de hypotheekrenteaftrek minder gunstig werkt (lager tarief), maar ook is de grondslag voor uitkeringen lager.
Geen recht op de 30% regeling, en dan?
Als een werknemer niet in aanmerking komt voor de 30% regeling, dan mag de werkgever wel de werkelijk gemaakte ET-kosten vergoeden. Daarnaast kan de werkgever gewoon gebruik maken van de reguliere regelingen binnen de werkkostenregeling.
De werkgever mag ook de schoolgelden (internationale school) van de kinderen van de werknemer belastingvrij vergoeden. De schoolgelden (en vervoerskosten) van het basisonderwijs, voortgezet onderwijs of een internationale school mogen belastingvrij door de werkgever worden vergoed (niet de kosten voor kost en inwoning). De kosten voor de school vallen niet onder de 30% regeling en kunnen dus ook separaat worden vergoed.
Aanvragen 30% regeling bij de Belastingdienst
De 30% regeling kan door de werkgever en de werknemer (samen verzoeken) bij de Belastingdienst worden aangevraagd (aanvraag formulier 30% regeling). Externe hulp van een deskundige voorkomt vaak problemen en zorgt voor een juiste aanvraag, wij kunnen u hier prima mee van dienst zijn. Het verzoek moet binnen 4 maanden na aanvang van de tewerkstelling worden aangevraagd. Later aanvragen kan ook, maar maakt de 60-maandsperiode korter. Eventueel kunt u de aanvraag ook pro forma indienen.
Fiscaal advies over 30% regeling
Wilt u meer weten over de 30% regeling of andere mogelijkheden, zoals de WBSO verminderingen? Neem gerust contact op met één van onze adviseurs of stuur een e-mail aan info@jongbloed.tv.
Bron 30% regeling
Aanvraag formulier Belastingdienst 30% regeling