De 183-dagenregeling
Een werknemer zou in 2 landen belasting moeten betalen over zijn salaris als landen niks tussen elkaar zouden regelen. Daarom zijn er in woonlanden vaak eigen regelingen en hebben landen ook verdragen met elkaar gesloten. In de verdragen wordt geregeld in welk land een werknemer belasting moet betalen. Als er geen belastingverdrag is opgesteld / gesloten, dan kent de Nederlandse wetgeving een eenzijdige (eigen) regeling.
Hoe werkt de 183-dagenregeling?
In de meeste belastingverdragen is bepaald dat het werkland (van de werknemer) het recht heeft om belasting te heffen over het loon dat de werknemer ontvangt. Het woonland mag heffen als aan onderstaande 3 voorwaarden wordt voldaan:
- De werknemer verblijft (in een bepaalde periode, soms 12 maanden, soms kalenderjaar) korter dan 183 dagen in het werkland. Voor deze regeling telt u alle dagen dat de werknemer in het land was mee, dus ook privé tijd, weekenden en vakantiedagen. Een dagdeel wordt gezien als een dag; (en)
- De werknemer wordt betaald door een werkgever die niet in het buitenland / werkland is gevestigd; (en)
- De werknemer werkt niet in een vaste inrichting van de werkgever in het buitenland / werkland.
Jurisprudentie en 183-dagenregeling
De Hoge Raad heeft voor de 183-dagenregeling een aantal arresten gewezen. In een casus verbleef Henk gedurende 181 dagen in Nederland en de rest in België. Henk woont in België en werkt (via zijn Belgische BvbA) in Nederland. Het Gerechtshof houdt voor de berekening van de dagen enkel rekening met de daadwerkelijke werkdagen. De Hoge Raad is er vlot klaar mee. Er moet niet alleen worden gekeken naar de werkdagen maar ook naar de andere dagen dat Henk fysiek in Nederland aanwezig is geweest. De zaak wordt verwezen voor nader onderzoek. De conclusie van de AG was iets anders en erg helder om te lezen (zie onder).
In een procedure bij de Rechtbank (2023) ging het om het volgende. Een Nederlander emigreert naar de USA op 17 juni. Hij woont dus meer dan 183 dagen in de USA. In Nederland verdient hij in de periode 1 januari - 16 juni in totaal 26.000 euro. De vraag is waar dit is belast. De rechter is van mening dat dit in Nederland is belast, dit omdat de man in die periode in Nederland woonde (artikel 2.1 eerste lid letter a en artikel 7.8 Wet IB). Hij kan daarom geen beroep doen op het belastingverdrag (artikel 16 lid 2 verdrag), daarnaast is onduidelijk of het loon ook in de USA is belast.
Bron 183-dagenregeling
Hoge Raad d.d. 14 juli 2017 (ECLI:NL:HR:2017:374).
Conclusie AG d.d. 11 mei 2017 (ECLI:NL:PHR:2017:374).
Gerechtshof 's Hertogenbosch d.d. 31 mei 2016 (ECLI:NL:GHSHE:2016:2191).
Rechtbank Zeeland - West Brabant d.d. 12 februari 2015 (ECLI:NL:RBZWB:2015:711).
Rechtbank Gelderland 14 februari 2023 ECLI:NL:RBGEL:2023:703