Coöperatie fiscaal aantrekkelijk
Essentie
Een doorgewinterde ondernemer kan voor de uitoefening van zijn bedrijf uit verschillende rechtsvormen kiezen. Voor de situatie waarin twee of meer ondernemers gezamenlijk een bedrijf uitoefenen, zijn de Vennootschap onder Firma (VOF) en de Besloten Vennootschap (B.V.) van oudsher het belangrijkste. De laatste jaren komt de coöperatie als rechtsvorm voor bedrijven echter ook steeds meer voor.
Als ik de wet erbij pak, komen voor een coöperatie een aantal aspecten naar voren:
- de coöperatie is een vereniging;
- met een omschreven doel;
- die overeenkomsten sluit met de leden;
- en een bedrijf uitoefent.
Oprichting
Net als een B.V. moet een coöperatie worden opgericht door een notaris. Voor een VOF is dat (nog) geen vereiste. Anders dan een B.V. moet een coöperatie minstens twee oprichters hebben. De oprichters van een coöperatie hoeven geen verklaring van bezwaar van de Minister van Justitie te overleggen. Bij de B.V. is dit sinds 2011 ook niet meer vereist. Anders dan bij een B.V. zijn de leden van een coöperatie niet wettelijk verplicht om geld of goederen in te brengen. Dit laatste zal echter eerdaags ook worden aangepast, als ik de regering mag geloven. De statuten kunnen wel een bijdrage – bijvoorbeeld in de vorm van contributie - verplicht stellen.
Lidmaatschap
Een coöperatie heeft in ieder geval leden en een bestuur en in sommige gevallen ook een Raad van Commissarissen. De algemene ledenvergadering is het hoogste orgaan van de coöperatie. Zij benoemt en ontslaat de bestuursleden en de commissarissen, beslist over statutenwijziging, fungeert als beroepsinstantie voor leden en aspirant-leden die een besluit van het bestuur aanvechten en stelt de jaarrekening vast.
Ieder lid heeft één stem in de algemene ledenvergadering, tenzij de statuten anders bepalen (bijvoorbeeld stemrecht naar de mate van inbreng). Het lidmaatschap van een coöperatie kun je niet overdragen, dit is wel zo prettig. Leden zijn vrij om het lidmaatschap op te zeggen. Dit kan nadelig uitwerken voor de continuïteit van het bedrijf en daarmee voor de mogelijkheid om vreemd vermogen aan te trekken. De statuten verbinden daarom vaak voorwaarden aan de mogelijkheden voor een lid om op te zeggen. Overigens heeft ook de coöperatie de mogelijkheid om het lidmaatschap door middel van opzegging te beëindigen.
Salaris en coöperatie
Leden van een coöperatie moeten het gebruikelijk loon toepassen, dit heeft de Hoge Raad in 2010 nog eens bevestigd. Sinds 2001 stond dit al in de wet, maar mensen zoeken steeds vaker de grens (Hoge Raad 09-07-2010, nr. 09/02148).
Aansprakelijkheid
De coöperatie is net als de B.V. een rechtspersoon en treedt in het economisch verkeer als zelfstandig drager van rechten en plichten op. Het privévermogen van de leden is gescheiden van het vermogen van de coöperatie. Crediteuren van de coöperatie kunnen de leden dus niet aanspreken op betaling van schulden, eigenlijk is het dus net een B.V.
WA, UA en BA
Elke coöperatie legt in haar statuten vast hoe de aansprakelijkheid verdeeld is bij de ontbinding van de coöperatie. Er zijn drie mogelijkheden:
- Bij wettelijke aansprakelijkheid (WA) zijn de leden voor gelijke delen (tenzij de statuten een andere verdeelsleutel bevatten) aansprakelijk voor het tekort.
- Bij uitgesloten aansprakelijkheid (UA) zijn de leden niet aansprakelijk voor het tekort.
- Bij beperkte aansprakelijkheid (BA) zijn de leden verplicht bij te dragen in het tekort tot een in de statuten vermeld niveau.
Bedrijf uitoefenen
De coöperatie moet een bedrijf uitoefenen en aldus in bepaalde stoffelijke behoeften van leden voorzien. De coöperatie kan in elke gewenste bedrijfstak activiteiten ontwikkelen. Zo zijn er allerlei inkoopcoöperaties waar leden goederen of diensten kunnen aanschaffen tegen een gunstiger prijs. Dit, vanwege het in de coöperatie gebundelde inkooppotentieel en de daaruit voortvloeiende kostenreductie. Ook het voorkomen van BTW-problemen bij management fee kan een reden zijn om een coöperatie op te zetten.
Financiering
Anders dan voor de B.V. bestaan er voor de coöperatie geen wettelijke voorschriften voor de financiering of de hoogte van de inbreng. Een coöperatie heeft wel de mogelijkheden om daarover in de statuten voorschriften op te nemen, zoals een entreegeld, een deelneming in het vermogen of een verplichting voor leden om een lening te verstrekken. Voor een B.V. geldt (nog) de wettelijke verplichting van een minimumkapitaal van € 18.000. Bovendien gelden voor de B.V. kapitaalbeschermingsregels. Deze regels moeten ervoor zorgen dat het kapitaal niet onder een bepaald niveau zakt en beogen derden, met name crediteuren, te beschermen. De aandeelhouder kan eenvoudig euro's uit de B.V. halen, bij de coöperatie is dit een stuk lastiger omdat het bestuur zich hierover zorgvuldig zal buigen.
Fiscaal en coöperatie
De coöperatie is net als de B.V. onderworpen aan vennootschapsbelasting. De winstbepaling is eigenlijk ook gelijk aan de B.V. De winst van de coöperatie moet worden gesplitst in:
- zelfstandige winst (eigen winst coöperatie, niet behaald met leden);
- verlengstuk winst.
De aan de leden gedane uitkeringen zijn soms aftrekbaar van de winst van de coöperatie, de voorwaarden zijn:
- coöperatie moet winst maken;
- winst moet worden uitgekeerd aan de leden;
- uitkering winst naar rato ledenprestatie;
- lid moet natuurlijk persoon zijn (voor B.V.-lid maakt het ook niet uit).
Een aantal fiscale problemen komt u bij de coöperatie nog wel tegen, dit komt doordat de coöperatie meer en meer wordt gebruikt en de Belastingdienst moet wennen aan dit vehikel.
- Adviescoöperatie of artsencoöperatie: leden zijn ondernemer voor de inkomstenbelasting, Belastingdienst ziet dit niet altijd zo.
- Bij leden rechtspersonen en leden natuurlijke personen ontstaat er een verrekenprobleem omdat over een deel van de winstuitkering VPB moet worden gerekend.
Advies inzake bovenstaande is om de coöperatie met de Belastingdienst te overleggen en alle winst aan de leden te betalen.
Procedure Ondernemer binnen de coöperatie
De coöperatie wordt in Nederland steeds vaker door ondernemers gebruikt. Reden is de flexibiliteit en de beperking van de aansprakelijkheid. De rechtsvorm wil voor haar leden nog niet direct zeggen dat ze ook ondernemers zijn. In een procedure bij de Rechtbank Gelderland (d.d. 28 juli 2015) was de vraag of een lid van een coöperatie ook winst uit onderneming genoot. Volgens de rechter is het niet zo dat de onderneming binnen de coöperatie ook rechtstreeks mede voor rekening van de leden wordt gedreven. Het lid had ook zelf geen eigen onderneming. Leden waren niet aansprakelijk voor verplichtingen binnen de coöperatie. De coöperatie stuurde alle facturen en ging alle verplichtingen aan. De leden ontvingen een vaste beloning van de coöperatie. De rechter is van mening dat de leden in fictieve dienstbetrekking zijn bij de coöperatie. De Belastingdienst mag het gebruikelijk loon in aanmerking nemen (artikel 12a Wet LB 1964). Vortenstaande (lidmaatschap is DGA) wordt nog eens bevestigd door het Gerechtshof Arnhem Leeuwarden op 17 augustus 2017(cassatie : Hoge Raad d.d. 21 september 2018 ECLI:NL:HR:2018:1698)
Conclusie: laat u adviseren bij het oprichten van een coöperatie en overweeg een vaststellingsovereenkomst met de Belastingdienst ! Vragen ... ? Bel gerust voor een vrijblijvende afspraak met een fiscaal jurist.
Het beëindigen van een coöperatie
Het bestaan van een coöperatie eindigt:
- wanneer de algemene ledenvergadering daartoe besluit;
- als een gebeurtenis plaatsvindt die volgens de statuten tot beëindiging van de coöperatie leidt;
- na faillietverklaring;
- als de coöperatie geen leden meer heeft;
- door een besluit van de Kamer van Koophandel bij bepaalde in de wet vastgelegde situaties;
- door een besluit van de rechter bij bepaalde in de wet vastgelegde situaties, bijvoorbeeld als de coöperatie niet onder wettelijke omschrijving van zijn rechtsvorm valt of als de werkzaamheid of het doel van de coöperatie in strijd is met de openbare orde.
Tot slot
De keuze van de meest geschikte rechtsvorm voor een bedrijf berust op de afweging van een reeks factoren. Men kiest veelal voor een coöperatie vanuit de gemeenschappelijke gedachte en de fiscale voordelen. Ik zie steeds meer dat de coöperatie voor ondernemers in het midden- en kleinbedrijf een passende vorm kan zijn en het is daarom goed de coöperatie als één van de mogelijke opties in de afwegingen mee te nemen.
Tip en conclusie
Binnen onroerendgoedland, de beleggingswereld en bij adviesbedrijven komt de coöperatie steeds vaker voor. Ook binnen sectoren die te maken hebben met vrijgestelde diensten voor de BTW (artsen, kinderopvang, etc.) kan de coöperatie een bruikbaar middel zijn.
Voor een uitgebreid artikel over de coöperatie kijk op estateplanningsjuristen.nl.