Compartimenteringsreserve en deelnemingsvrijstelling
De deelnemingsvrijstelling geldt voor een vennootschap die 5% van het nominaal gestorte kapitaal houdt in een vennootschap, bijvoorbeeld een bv. Het kan echter voorkomen dat het belang dat in de deelneming wordt gehouden krimpt tot onder de 5%, of uitgroeit naar 5% of meer. In dat geval doet de situatie zich voor dat er géén deelnemingsvrijstelling meer van toepassing is (bij het krimpen) of dat de deelnemingsvrijstelling juist wel van toepassing wordt (bij de uitgroei naar 5% of meer). Het wel of niet van toepassing worden van de deelnemingsvrijstelling wordt sfeerovergang genoemd.
Indien een dergelijke situatie zich voordoet, dan dient rekening te worden gehouden met de compartimenteringsreserve. Dit houdt in dat er een reserve wordt gevormd die belastingvrij vrijvalt bij de verkoop van de aandelen of juist tot een belaste opbrengst die aan de fiscale winst moet worden toegevoegd. De compartimenteringsreserve kan belast of onbelast zijn.
Hoe werkt de compartimenteringsreserve?
De compartimenteringsreserve wordt gevormd voor een bedrag ter grootte van het verschil tussen de waarde in het economische verkeer van de aandelen op het tijdstip direct voorafgaande aan de sfeerovergang en de boekwaarde daarvan. De voordelen worden pas in de heffing betrokken, zodra deze worden gerealiseerd. Een belaste compartimenteringsreserve wordt gevormd bij een sfeerovergang van belast naar onbelast (bij uitgroei naar 5% of meer). Bij een sfeerovergang van onbelast naar belast wordt een onbelaste compartimenteringsreserve gevormd (bij het krimpen tot minder dan 5%). Onderstaande voorbeelden illustreren de belaste en onbelaste compartimenteringsreserve.
Voorbeeld belaste compartimenteringsreserve
Een belang van 4% in een vennootschap is verkregen voor 100 en staat eveneens voor 100 op de fiscale balans. Op dit belang is de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing. Als gevolg van een inkoop van aandelen groeit het belang uit naar 6% en doet zich een sfeerovergang voor. De aandelen zijn op het tijdstip direct voorafgaande aan de sfeerovergang 130 waard. Na de sfeerovergang is de deelnemingsvrijstelling wel van toepassing. Een jaar later worden de aandelen voor 150 verkocht.
Op het tijdstip van de sfeerovergang dient een belaste compartimenteringsreserve te worden gevormd ter grootte van 30.
Ingeval de aandelen op een later tijdstip worden verkocht voor 150, zal de compartimenteringsreserve belast vrijvallen voor 30 en zal 20 ingevolge de deelnemingsvrijstelling onbelast worden genoten. Ingeval in de hiervoor beschreven situatie het belang niet wordt vervreemd voor 150 maar voor 90, zal op het moment van vervreemding van het belang, de compartimenteringsreserve belast vrijvallen met 30 en wordt een niet-aftrekbaar deelnemingsverlies van 40 geleden.
Voorbeeld onbelaste compartimenteringsreserve
Een belang van 10% is verkregen voor 100. Voor dit bedrag staat het belang eveneens op de fiscale balans. Als gevolg van een aandelenemissie krimpt het belang tot 4% en doet zich een sfeerovergang voor. Het aandelenbelang gaat over naar de belaste sfeer, de deelnemingsvrijstelling is immers niet meer van toepassing. Op het tijdstip direct voorafgaande aan de sfeerovergang bedraagt de waarde van het belang 130. Een jaar later wordt het pakket verkocht voor 150.
Op het tijdstip direct voorafgaande aan de sfeerovergang wordt voor een bedrag van 30 een onbelaste compartimenteringsreserve gevormd. Bij een verkoop zal de onbelaste compartimenteringsreserve onbelast vrijvallen. Vervolgens zal 20 in de heffing worden betrokken. Deze waardestijging heeft immers betrekking op de periode waarin de deelnemingsvrijstelling niet van toepassing is.
Vragen?
Heeft u naar aanleiding van dit artikel nog vragen over de compartimenteringsreserve? Neem dan gerust eens vrijblijvend contact op met onderstaande adviseurs.