Afscheidsbonus voor werknemers bij verkoop bedrijf aftrekbaar
De Hoge Raad heeft eind 2023 duidelijkheid gegeven over de aftrekbaarheid van kosten die samenhangen met een bonus voor werknemers die samenhangt met de verkoop van een bedrijf (zogenaamde afscheidsbonus). Deze bonus is betaald nadat het bedrijf is verkocht. De Rechtbank was nog van mening dat dergelijke kosten niet aftrekbaar zijn, omdat deze kosten niet zouden worden gemaakt als het bedrijf niet zou worden verkocht. Dit was gebaseerd op een oudere uitspraak van de Hoge Raad uit 2018. De Hoge Raad geeft in december 2023 aan dat deze uitleg niet juist / volledig is. Dit arrest geeft helder aan dat de kosten van een bonus die een werknemer ontvangt bij de verkoop van een deelneming wel aftrekbaar zijn. Dit kan anders zijn als die kosten nuttig en nodig zijn voor de verkoop. Dit komt echter in de praktijk niet snel aan de orde.
Afscheidsbonus aftrekbaar voor vennootschapsbelasting?
In deze procedure wordt een bedrijf verkocht voor 30 mln euro. Na de verkoop en de levering worden door de moedermaatschappij bonussen betaald aan werknemers van de deelnemingen die zijn verkocht, dit voor in totaal 1,5 mln euro. De hoogte van de bonus is afhankelijk van de diensttijd, het salaris en het functioneren van de werknemer. De bonussen zijn normaal verloond en ten laste van de winst gebracht. Volgens de rechtbank zijn deze kosten niet aftrekbaar, volgende Hoge Raad in december 2023 wel. De reden:
- Rechtsoverweging 4.4.1: In het vereiste rechtstreekse oorzakelijke verband dat de kosten moeten worden opgeroepen door de vervreemding (zoals hiervoor in 4.3 omschreven), ligt de voorwaarde besloten dat die kosten een zodanig oorzakelijk verband met de vervreemding houden dat zij zijn gemaakt omdat zij – objectief bezien – nuttig of nodig zijn om tot die vervreemding te komen. Ter verduidelijking daarvan is in het arrest van 7 december 2018 toegevoegd dat de kosten anders, dus zonder die (beoogde) vervreemding, niet zouden zijn gemaakt. Dit hiervoor bedoelde rechtstreekse oorzakelijke verband ontbreekt bij kosten die – weliswaar – niet zouden zijn gemaakt als de vervreemding niet zou hebben plaatsgevonden maar die overigens in generlei opzicht kunnen bijdragen aan de totstandkoming van die vervreemding. Dergelijke uitgaven staan niet in een rechtstreeks oorzakelijk verband tot de vervreemding in de hiervoor in 4.3 bedoelde zin. Zij zijn niet nuttig of nodig om tot die vervreemding te komen.
- Rechtsoverweging 4.4.2: In het licht van het voorgaande zijn de uitgaven van belanghebbende voor de afscheidsbonussen niet te beschouwen als kosten die worden opgeroepen door de vervreemding van de deelneming in de dochtermaatschappij, omdat het vereiste rechtstreekse oorzakelijke verband tussen uitgaven en vervreemding ontbreekt: de Rechtbank heeft immers vastgesteld dat de afscheidsbonussen niet zijn uitgekeerd met het oogmerk om tot vervreemding van die deelneming te komen. Hieruit volgt dat zij niet werden “opgeroepen” door de vervreemding in de hiervoor bedoelde zin, ook al zouden zij niet zijn toegekend en uitbetaald zonder dat vervreemding van de deelneming had plaatsgevonden. Die laatste omstandigheid brengt veeleer mee dat toekenning van de afscheidsbonussen het gevolg is van de vervreemding, omdat de verkoopopbrengst deze uitkeringen faciliteerde. Het oordeel van de Rechtbank dat dergelijke uitgaven tot de niet-aftrekbare kosten ter zake van de vervreemding van de deelneming in de dochtermaatschappij behoren, geeft dus blijk van een onjuiste rechtsopvatting. Middel III slaagt.
Welke kosten zijn wel en niet aftrekbaar bij verkoop deelneming
De Hoge Raad komt eerst terug op haar eigen arrest uit 2018. In 2018 oordeelde de Hoge Raad dat sprake is van niet aftrekbare kosten als er een rechtstreeks verband bestaat tussen de gemaakte kosten en de verkoop of koop van een bedrijf (deelneming). De kosten moeten worden opgeroepen door de transactie, dus de kosten zijn gemaakt omdat het bedrijf is verkocht (of gekocht). Hierbij gaat het erom dat de gemaakte kosten nuttig en nodig zijn om de transactie tot stand te laten komen. In deze zaak kregen de werknemers een bonus omdat het bedrijf is verkocht, deze kosten waren echter niet direct nodig (of nuttig) voor de verkoop. De kosten vallen hiermee niet onder de kosten voor het aankopen of verkopen van een bedrijf (deelneming) en zijn daarom gewoon aftrekbaar voor de Vennootschapsbelasting.
Kosten verkoop deelneming zijn niet aftrekbaar
Regelmatig zijn wij betrokken bij een overname, zowel aan de zijde van de verkoper als aan de zijde van de koper. Vaak is voor partijen niet helder dat een groot deel van de kosten van een dergelijke overname fiscaal niet aftrekbaar is. Ook is er vaak onduidelijkheid over de verrekening van omzetbelasting. De basis:
- Aankoopkosten met betrekking tot een deelneming zijn niet aftrekbaar. Deze kosten moeten geactiveerd worden en zijn onderdeel van de kostprijs van de deelneming (onderdeel opgeofferd bedrag). Bij een liquidatie zijn deze kosten wel aftrekbaar.
- Verkoopkosten met betrekking tot een deelneming zijn ook niet aftrekbaar. Deze kosten worden afgetrokken van de vrijgestelde opbrengsten.
De volgende kosten zijn niet aftrekbaar:
- 'Underwriting fees' en beursbelasting
- Kosten eigen personeel dat bij de overname betrokken was
- Kosten aftredende commissaris
- Procedurekosten en schadevergoedingen
- Bemiddelingskosten en provisie voor tussenpersoon (de finder fee)
- Kosten advocaten, notaris en accountants (onderzoekskosten / Due Diligence)
- Interne uitgaven in verband met de aankoop of verkoop
Kosten bonus personeel bij verkoop niet aftrekbaar
Een aandeelhouder verkoopt zijn deelnemingen. Na de verkoop wordt een bonus toegekend aan de werknemers (in dienst bij de deelneming). De rechtbank is van mening dat in de arbeidsovereenkomst niet is opgenomen dat de werknemers bij verkoop recht hebben op een bonus. De bonus vloeit dus niet voort uit de arbeidsovereenkomst. De Hoge Raad is in december 2023 echter van mening dat dergelijke kosten wel aftrekbaar zijn.
Daarnaast stond in de verklaring van de aandeelhouder van de verkochte bv dat hij in de hoedanigheid als aandeelhouder het voornemen had het personeel een afscheidsbonus te betalen.
Omdat de afscheidsbonus wordt betaald als aandeelhouder, is de vervolgvraag of dit kosten in verband met de verkoop van een deelneming betreffen. Volgens de rechtbank is dit zo, dit onder verwijziging naar een arrest van de Hoge Raad. Conclusie: bonus is niet aftrekbaar!
Noot fiscaal jurist inzake afscheidsbonus
In dit geval waren de aandeelhouder en de verkochte deelnemingen opgenomen in een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting. Als de bonus - met een duidelijk reglement / toezegging - voor de verkoop van de deelnemingen was betaald, zou dit vermoedelijk anders zijn gelopen. In dit geval heeft de aandeelhouder toegezegd dat 'hij' een bonus wilde betalen aan zijn werknemers. Bij een betaling in de hoedanigheid van aandeelhouder van een bv moeten de kosten aan deze bv worden toegerekend.
De vervolgvraag is dan of de kosten samenhangen met de verkoop van de deelneming. Hiervoor is het arrest van de Hoge Raad uit 2018 van belang. Zouden deze kosten zijn gemaakt als van een verkoop of vervreemding geen sprake is? Volgens de Hoge Raad moet het gaan om kosten 'die' direct verband houden met de vervreemding. Bij een afscheidsbonus zou dit kunnen, bij een 'blijfbonus' kan hierover worden gediscussieerd. Het gaat dus om de causaliteit. Als hiertoe het WOB-verzoek uit 2016 wordt geraadpleegd, zou het onderhavige probleem oplosbaar moeten zijn. Van een direct causaal verband is bij een blijfbonus geen sprake. De Hoge Raad heeft in 2023 echter duidelijkheid gegeven, de kosten zijn wel aftrekbaar.
Dit betreft een dunne lijn die in de procedure beter had moeten worden onderzocht. Over een afscheidsbonus kun je hierover discussiëren, bij een 'blijfbonus' is deze discussie al een stuk eenvoudiger. Al met al is in deze situatie het geheel niet goed vormgegeven. Of er hoger beroep is aangetekend is thans nog niet bekend.
Heeft u vragen over de fiscaliteit bij de verkoop van een onderneming, neem dan gerust contact op met één van onderstaande adviseurs.
Bron verkoopkosten deelneming
Rechtbank Gelderland 13 mei 2022 ECLI:NL:RBGEL:2022:2387
Arrest Hoge Raad 2 september 1998 (ECLI:NLPHR:1998:AA2362)
Arrest Hoge Raad 23 juni 1999 (ECLI:NL:HR:1999:AA2800)
Rechtbank Noord Nederland 21 januari 2016 (ECLI:NL:RBNNE:2016:1419)
Hoge Raad 7 december 2018 (ECLI:NL:HR:2018:2264)
Hoge Raad 22 december 2023 ECLI:NL:HR:2023:1793
DJ
Meer weten van afscheidsbonus niet aftrekbaar
- BTW op kosten bij verkoop aandelen
- Verkoop onderneming tegen een winstrecht
- Kosten aankoop en verkoop onderneming
- Compartimentering deelnemingsvrijstelling
- Deelnemingsvrijstelling
- Gemengde kosten
- Verkoop Riwald (persbericht)
- Verkoop Elektramat (persbericht)
- Persbericht advisering bij samenwerking adwise
- Praktijkcasus bedrijfsopvolging In Person
- BOR advieskosten niet aftrekbaar