Omzetbelasting op oninbare vordering of debiteur
De omzetbelasting op een factuur die u stuurt aan een klant moet u afdragen en betalen aan de Belastingdienst. Als uw klant de factuur uiteindelijk niet of niet geheel heeft betaald, dan is de vordering (deels) oninbaar. De omzetbelasting die u heeft betaald en niet heeft ontvangen kunt u terugvragen. Als u te lang wacht is de BTW niet meer verrekenbaar. Dus wacht niet te lang !
De spelregels:
- U kunt de BTW terugvragen zodra u zeker weet dat de vorderning niet wordt voldaan.
- Als de vordering ouder is dan 1 jaar na de uiterste betaaldatum kunt u de BTW terugvragen (regeling sinds 1 januari 2017).
- U kunt de BTW eenvoudig terugvragen in uw BTW-aangifte (negatief bedrag invullen bij vraag 1a of 1b in uw BTW aangifte).
Te laat verzoek op oninbare vordering indienen
Als u het verzoek te laat heeft ingediend loopt u het risico dat u de BTW niet kunt verrekenen en / of terugvragen. In een cassatieprocedure bij de Hoge Raad in 2019 ging het om een curator die de BTW niet terug kreeg omdat het verzoek te laat was ingediend. De feiten:
- X B.V. verhuurt een pand;
- De BTW op de facturen wordt op aangifte afgedragen;
- X B.V. gaat in april 2014 failliet;
- De huurder gaat failliet in november 2014;
- X B.V. heeft niet alle huur ontvangen en vraagt BTW terug;
- Het Gerechtshof en de Hoge Raad zijn van mening dat het verzoek om teruggave te laat is ingediend;
- Ruim voor 2014 is duidelijk geweest dat de facturen (en BTW) niet door de huurder zouden worden betaald;
- Het verzoek om teruggave moet worden ingediend in het tijdvak dat in redelijkheid betaling niet langer kan worden verwacht;
- In 2012 bleek dat de facturen niet zouden worden voldaan.
Verjaring en BTW op oninbare vordering
De hoofdregel is eenvoudig, BTW die u niet ontvangt kunt u terugvragen (als deze is afgedragen). De Inspecteur kan de teruggave afwijzen als de ondernemer te lang heeft gewacht. Zolang de debiteur echter geen beroep heeft gedaan op verjaring kan de Belastingdienst dit evenmin stellen. In een casus bij het Gerechtshof speelde de volgende casus:
- X B.V. exploiteerde een jachthaven;
- Het restaurant wordt verhuurd aan Y B.V.;
- In 2005 stuurt X B.V. facturen inzake huur aan Y B.V.;
- Vanaf 2008 stopt Y B.V. met de exploitatie;
- In november 2013 meldt Y B.V. betalingsonmacht bij de Belastingdienst;
- Eind november 2013 vraagt X B.V. de afgedragen BTW terug;
- In december 2013 zegt Y B.V. de huur op;
- De Inspecteur weigert de BTW terug te betalen aan X B.V., reden: "X B.V. heeft te weinig gedaan om de vordering te innen en bovendien is de vordering verjaard".
Het Gerechtshof is het met X B.V. eens. De wettelijke verjaringstermijn is overschreden, maar Y B.V. heeft hier nog geen beroep op gedaan. X B.V. was hiermee tijdig bij het indienen van het verzoek om teruggave.
Hoe werkt het bij niet betaalde facturen?
Als ondernemer mag u de omzetbelasting op ontvangen facturen direct verrekenen. Als u de factuur niet (of deels) zou betalen, moet u de omzetbelasting terugbetalen (het deel dat u te veel hebt afgetrokken). U moet dit terugbetalen op het moment dat duidelijk is dat u de factuur niet (geheel) gaat betalen of maximaal 1 jaar (was tot 2017: 2 jaar) na de uiterste betaaldatum van de factuur.
Noot fiscaal jurist over BTW op oninbare vordering
Standaard zou u de BTW op niet betaalde vorderingen na 1 jaar moeten terugvragen, dus per 1 januari 2020 moet u de BTW terugvragen op vorderingen vóór 31 december 2018, vorenstaande op grond van artikel 29 Wet op de Omzetbelasting. Op grond van lid 5 van dit artikel moet u de BTW alsnog afdragen als de debiteur de factuur alsnog zou voldoen.
Als een vordering op een debiteur wordt omgezet in een lening, dan kwalificeert dit voor de BTW als een betaling van de vordering, dit is door het Gerechtshof Amsterdam in 2010 bevestigd. De Hoge Raad heeft in cassatie de zaak afgedaan (via 81 RO). Als de lening vervolgens niet wordt betaald, dan is de BTW niet meer verrekenbaar. Pas hier dus mee op !
Bron BTW terugvragen op oninbare vordering
Hoge Raad d.d. 7 juni 2019 (ECLI:NL:HR:2019:858)
Gerechtshof 's Hertogenbosch d.d. 13 juli 2017 (ECLI:NLGHSHE:2017:3228)
Gerechtshof Amsterdam 11 oktober 2017 (ECLI:NL:GHAMS:2017:4008)
Gerechtshof Amsterdam 8 april 2010 (ECLI:NL:GHAMS:2010:BM0883)
Meer weten van omzetbelasting oninbare debiteur
- Vaker boekenonderzoek
- Boekenonderzoek
- Aandachtspunten boekenonderzoek
- Suppletie omzetbelasting
- Omzetbelasting bij levering onroerend goed
- Aftrek BTW voor kosten DGA
- Omzetbelasting horeca
- Fiscale BTW scan
- Levering onroerend goed BTW
- Resultaat afhankelijke vergoeding en BTW
- Jaar abonnement en BTW
- Tanken in Duitsland
- BTW tarief online kaartenverkoop
- Contributie en omzetbelasting
- Pro Rata en financiele handeling
- Geen presestatie en BTW op factuur
- BV verkoopt marge auto
- Omzetbelasting en management fee