Veranderingen box 2 in 2024
Het box 2 tarief zal in 2024 worden aangepast, in dit artikel een overzicht van de wijzigingen.
Box 2 vanaf 2024
Het huidige tarief in box 2 bedraagt 26,9% en blijft in 2023 ongewijzigd. Vanaf 2024 worden twee tariefschijven geïntroduceerd in box 2.
- Schijf 1 : 24,5% voor de eerste € 67.000 (fiscale partners € 134.000) .
- 31% over het meerdere.
Het kabinet wil op deze manier de ondernemer stimuleren om vaker de winst in delen uit te keren (tegen het lage tarief) en op deze manier belastinguitstel door het niet uitkeren van de winst tegengaan.
Wet excessief lenen
Op 13 september 2022 heeft de Tweede Kamer het wetsvoorstel excessief lenen bij de eigen vennootschap aangenomen. Dit wetsvoorstel bepaalt dat je niet meer dan € 700.000 mag lenen bij de eigen vennootschap zonder consequenties. Een uitzondering geldt voor financieringen die zien op de eigen woning.
Om misbruik tegen te gaan, is in de wet bepaald dat het maximale bedrag van € 700.000 niet alleen geldt voor leningen aan de DGA en zijn of haar fiscale partner, maar ook voor leningen aan hun bloed- en aanverwanten in de rechte lijn zonder een aanmerkelijk belang. Voor deze groep verbonden personen gelden dezelfde beperkingen.
Alles wat boven € 700.000 wordt geleend van de eigen vennootschap wordt als bovenmatig gezien. Dit wordt aangemerkt als fictief regulier voordeel. Dit fictieve reguliere voordeel wordt dan belast tegen het tarief van box 2.
De wetgever wil op deze manier het bovenmatig lenen bij de eigen vennootschap ontmoedigen. De aanleiding van het wetsvoorstel was dat veel aanmerkelijkbelanghouders grote bedragen lenen bij hun vennootschap(pen). Dit acht de wetgever onwenselijk. Ook wil de wetgever hiermee de DGA gelijk behandelen met de IB-ondernemer. Deze laatste groep heeft namelijk geen mogelijkheid om in zijn of haar onderneming winst als het ware ‘op te potten’.
Hoe werkt de regeling uit?
Heeft een DGA samen met zijn fiscaal partner meer dan € 700.000 geleend van zijn eigen vennootschap, dan wordt vanaf 2023 het meerdere belast met belasting in box 2. Heeft de vennootschap aan één van de verbonden personen van de DGA of fiscale partner geld uitgeleend, dan geldt hiervoor tevens de grens van € 700.000 voor een verbonden persoon en zijn of haar partner. Het meerdere wordt belast bij de DGA, tenzij deze verbonden persoon zelf een aanmerkelijk belang in de vennootschap heeft. Ook hier geldt weer dat leningen die zien op de eigen woning buiten beschouwing blijven.
Voorbeeld 1
Een DGA heeft op 31 december 2023 van de bv geleend:
- € 350.000 ter financiering van de eigen woning met recht van hypotheek;
- € 500.000 voor een vakantiewoning en mooie auto; en
- € 400.000 rekening-courantschuld.
Uitwerking 1
- Voor de bepaling van de schulden aan de vennootschap blijft de lening die ziet op de eigen woning buiten beschouwing. Dat betekent dat in totaal voor de regeling in aanmerking wordt genomen: € 500.000 + € 400.000 = € 900.000.
- De drempel bedraagt € 700.000, wat betekent dat in 2023 een fictief regulier voordeel in box 2 wordt belast van: € 900.000 – € 700.000 = € 200.000. Dit leidt tot € 53.800 (cijfers 2023) aan belastingheffing.
- Voor het jaar erna wordt de drempel opgehoogd naar: € 700.000 + € 200.000 = € 900.000. Immers, anders zou ieder jaar over dezelfde overschrijding belasting zijn verschuldigd.
- Om te voorkomen dat je dubbel belasting betaalt op het moment dat je daadwerkelijk dividend uitkeert, wordt de verkrijgingsprijs van je aandelen verhoogd en zal de latere dividenduitkering dus onbelast kunnen geschieden.
Vervolg dividenduitkering
Het drempelbedrag wordt verhoogd met het bedrag dat in aanmerking is genomen als fictief regulier voordeel indien het drempelbedrag van € 700.000 is overschreden. Een negatief regulier voordeel ontstaat op het moment dat het totale bedrag aan leningen lager is dan het verhoogde drempelbedrag.
Voorbeeld 2
- De vennootschap heeft een vordering op de DGA van € 900.000.
- Over 2023 is er een fictief regulier voordeel van € 200.000.
- Het maximumbedrag wordt verhoogd van € 700.000 naar € 900.000.
- Het jaar daaropvolgend wordt € 300.000 afgelost.
Uitwerking 2
- De aflossing leidt tot een negatief regulier voordeel met € 200.000 (en niet met € 300.000) naar € 700.000.
- Dit negatieve reguliere voordeel is te verrekenen binnen box 2 met voorafgaand jaar of de zes daarop volgende jaren.
Noot fiscaal jurist inzake box 2 en excessief lenen
De maatregel treedt op 1 januari 2023 in werking. Dit betekent dat aanmerkelijkbelanghouders tot uiterlijk 31 december 2023 (eerste peildatum) hebben om te anticiperen op het wetsvoorstel. Heeft u vragen hieromtrent, neem dan gerust eens contact op met één van onze fiscaal juristen. Het is verstandig om voor 2022, 2023 en 2024 een inkomensplanning te maken, waarbij kritisch wordt gekeken naar de rekening-courantschulden, optimaal salaris en het optimale moment om dividend uit te keren.