Klikbrief Belastingdienst
Een boze ex-echtgenoot of ex-werknemer stuurt een klikbrief naar de Belastingdienst. Deze klikbrief heeft tot gevolg dat diverse controleurs de onderneming gaan bestoken met vragen en een boekenonderzoek instellen. Vele navorderingsaanslagen en boetes volgen. En nu? In dit artikel een leuke uitspraak van het Gerechtshof Den Haag.
Dossierinzage en informatieverstrekking Belastingdienst
De Belastingdienst ontvangt een (gedetailleerde) klikbrief per mail over een reinigingsbedrijf. In de mail wordt tot in detail aangegeven hoe het bedrijf belastingen heeft ontdoken. De Inspecteur begint met een glimlach op zijn gezicht een boekenonderzoek, hij weet namelijk precies waar hij moet zoeken. Elk schot is raak! Tijdens het onderzoek wordt geen melding gemaakt van de klikbrief en / of de aanleiding voor het onderzoek.
Algemene beginselen behoorlijk bestuur en nemo tenetur-beginsel
De ondernemer neemt een fiscalist in de hand die stevig ten strijde trekt. De ondernemer is niet gewezen op zijn rechten en aan hem is geen cautie gegeven. Partijen komen er niet uit en stappen naar de rechter. De rechtbank doet er niet veel mee, er is geen sprake van een schending van de algemene beginselen van behoorlijk bestuur of het beginsel dat niemand gehouden is om tegen zichzelf bewijs te leveren (nemo tenetur-beginsel, EVRM). De ondernemer heeft echter wel degelijk meegewerkt aan zijn eigen veroordeling omdat hij niet op zijn rechten is gewezen.
De Inspecteur is zich van geen kwaad bewust. Hij heeft de klikbrief als handleiding genomen en zelfstandig een onderzoek ingesteld en hierbij gekeken of de informatie uit de (gedetailleerde) mail juist bleek te zijn.
Noot fiscaal jurist inzake "op de zaak betrekking hebbende stukken"
De ondernemer gaat in hoger beroep. Insteek is dat de aanslagen naar de prullenbak worden verwezen en de boetes van tafel gaan. Het gedrag van de Inspecteur was een overheidsdienaar onwaardig en dan moet dit ook gevolgen hebben, aldus de ondernemer.
Het gerechtshof wijst de Belastingdienst op pittige toon op de beginselen van behoorlijk bestuur en de wijze waarom het onderzoek heeft plaatsgevonden. De Inspecteur had de ondernemer moeten informeren over de aanleiding van het onderzoek (de klikbrief), immers de Inspecteur kwam bij de ondernemer op bezoek om te kijken of de informatie uit de klikbrief juist was. Het ging dus niet om een normaal boekenonderzoek en eerder om een opsporingsonderzoek. De ondernemer heeft zich hiertegen nooit kunnen wapenen of verdedigen.
Tijdens de zitting gaan partijen even de "gang" op en sluiten een vaststellingsovereenkomst / compromis. De aanslagen blijven normaal in stand, maar de boetes worden verminderd van 50% tot 10%. De Inspecteur wordt veroordeeld in de vergoeding van de proceskosten van de ondernemer, deze worden vastgesteld op € 2.100, hier komen de griffierechten dan nog bij.
Het is soms begrijpelijk dat de overheid niet direct alle kaarten op tafel legt. Wij vragen ons echter wel af waarom er niet gewoon openheid van zaken van wordt gegeven. De formele kant wordt in procedures steeds belangrijker, steeds vaker zien wij dat stukken worden achtergehouden, "er niet meer zijn", niet van belang zouden zijn, etc. Het is echter al lang duidelijk dat alle op de zaak betrekking hebbende stukken ter inzage moeten worden verstrekt. De kaarten tegen de post houden of verstoppertje spelen hoort hier niet bij.
Er komt meer toezicht op het handelen van de Belastingdienst, dit stond helder en duidelijk in het advies enkele deskundigen (1 oktober 2020). Wij zouden adviseren om ook een ombudsman voor fiscale zaken en klachten in te stellen.
Hulp bij boekenonderzoek
Bent u ondernemer en is bij u een boekenonderzoek ingesteld en / of bent u betrokken bij een fiscale procedure? Laat u eens adviseren door een fiscaal jurist, soms valt er op formele gronden nog veel te doen! Neem gerust contact op voor een vrijblijvend gesprek.
Bron klikbrief Belastingdienst
Gerechtshof Den Haag d.d. 12 juni 2020 ECLI:NL:GHDHA: 2020:1201
Rechtbank d.d. 22 juli 2019 ECLI:NL:RBDHA:2019:7392