Onterecht belastingrente wegens onevenredigheid
Sinds vele jaren kennen we de belastingrente regeling. Hierdoor is sparen bij de Belastingdienst niet meer aantrekkelijk. Daarnaast moet u ervoor zorgen dat u niet te weinig via een voorlopige aanslag gaat betalen. De rente was in het verleden altijd 4%, deze is nu verhoogd tot 6% en wordt in 2024 verhoogd tot 7,5%. Als u uw aangifte Inkomstenbelasting 2023 heeft ingediend voor 1 mei 2024 wordt er geen belastingrente in rekening gebracht. U moet belastingrente betalen als de aanslag is opgelegd na 1 juli volgend op het belastingjaar.
Belastingrente in strijd met evenredigheidsbeginsel
De belastingrente van 8% (voor de vennootschapsbelasting) is in strijd met het evenredigheidsbeginsel (artikel financieel dagblad 7 november 2024). In een nog niet gepubliceerde uitspraak van de Rechtbank Noord Nederland d.d. 7 november 2024 wordt de rente vastgesteld op 4% in plaats van de wettelijke 8%. De belastingrente is verschuldigd als niet tijdig een aanslag is aangevraagd of de aangifte is ingediend en er een bedrag aan belastingen moet worden betaald. Dit tarief was gekoppeld aan de rente voor handelstransacties, voor de inkomstenbelasting is deze rente 7,5% en voor de vennootschapsbelasting is deze zelfs 10%. Er is veel kritiek op deze rente, is immers niet marktconform. Er wordt geen belastingrente berekend als de voorlopige aanslag voor 1 mei van het lopende boekjaar op het niveau van het kalenderjaar wordt gebracht (binnen 4 maanden). Omdat de rente (sinds corona) niet meer is ondergebracht in de wet maar in het besluit Belasting - en invorderingsrente kan deze worden getoetst aan de algemene rechtsbeginselen (zoals het evenredigheidsbeginsel). De rechtbank besluit dat de het besluit onverbindend moet worden verklaard omdat er geen rechtsvaardigingsgrond is voor deze belachelijk hoge rente. Dat er hoger beroep (of sprongcassatie) gaat volgen ligt voor de hand. Deze uitspraak geldt voor alle aanslagen die zijn opgelegd vanaf (1 januari) 2022. Bezwaar maken heeft dus zin, mits binnen 6 weken nadat de aanslag is opgelegd.
In een eerdere uitspraak van de Rechtbank Gelderland d.d. 3 februari 2021 (ECLI:NL:RBGEL:2021:497) is de strijdigheid met het evenredigheidsbeginsel ook al eens aan de orde gesteld. In hoger beroep bij het Gerechtshof Arnhem Leeuwarden d.d. 29 maart 2022 (ECLI:NL:GHARL:2022:2520) weer redelijk teniet gedaan, edoch destijds stond de belastingrente nog in de wet.
Belastingrente let goed op
De belastingrenteregels zijn niet onomstreden. Het doel van de belastingrente, die per 2013 in de wet is opgenomen, is om het sparen bij de Belastingdienst te ontmoedigen. Dat gebeurde in het verleden vaak door het veel te laat te betalen, waardoor liquiditeits- en rentevoordelen werden genoten. In de sfeer van de inkomstenbelasting betaalt u onder meer belastingrente indien u de aangifte te laat doet of als de Belastingdienst afwijkt van uw aangifte. Veel belastingplichtigen ervaren de rentepercentages die worden gehanteerd bij belastingrente als excessief. Deze percentages zijn in verband met corona naar beneden bijgesteld. Dit zal na de huidige crisis vermoedelijk weer worden teruggedraaid. Kortgeleden heeft de rechtbank uitspraak gedaan in een interessante zaak over de belastingrente. Wij lichten die zaak hierna toe.
Belastingrente 2024
Volgens een kamerbrief gaat het tarief voor de belastingrente per 1 januari 2024 omhoog. Het tarief voor de Vennootschapsbelasting gaat naar 10% en voor de inkomstenbelasting naar 7,5%
Nieuws belastingrente Inkomstenbelasting 2023
De belastingrente gaat per 1 juli 2023 omhoog van 4% naar 6%. De belastingrente wordt over het belastingjaar 2022 berekend vanaf 1 juli 2023. De voorlopige aanslag voor 2022 kan worden aangepast zodat u niet tegen deze extreme rente aanloopt. De aanpassing had moeten worden ingediend voor 1 mei 2023.
Belastingrente Vennootschapsbelasting
Eerder dit jaar werd er een verhoging van de belastingrente van 8% naar 10,5% voor de vennootschapsbelasting (VPB) en bronbelasting aangekondigd, deze is echter teruggedraaid. Een verhoging voor deze belastingrente is nog niet duidelijk. Er wordt geen belastingrente gerekend als de aangifte Vennootschapsbelasting 2022 is ingediend voor 1 juni 2023.
Onevenredige belastingrente: wat was er aan de hand?
In deze zaak zijn twee personen van belang. Het gaat om fiscale partners. Wij noemen ze voor het gemak Jan en Truus. Jan doet namens hun beiden zijn aangifte inkomstenbelasting 2017. Hij neemt in zijn aangifte Truus op als fiscaal partner. Deze aangifte doet Jan op tijd. In deze aangifte neemt hij het vermogen van hun allebei op. De te betalen belasting wordt eveneens op tijd voldaan. Truus doet geen eigen aangifte, want haar inkomen is al in de aangifte van Jan opgenomen.
Twee jaar later besluiten Jan en Truus de gedane aangifte te herzien. Zij gaan over tot het herverdelen van het gezamenlijk inkomen. Dat leidt ertoe dat Jan zijn aangifte aanpast en Truus alsnog een eigen aangifte indient. De Belastingdienst stelt de herziening niet ter discussie. Echter, de Belastingdienst legt aan Truus wel een beschikking belastingrente op. Hiermee is Truus het oneens.
Onevenredige belastingrente: waarom een beschikking belastingrente?
De Belastingdienst stelt zich strikt aan de wet te houden. Truus heeft zelf geen aangifte IB 2017 gedaan tot aan het moment van herziening. Dat betekent dat de eigen aangifte van Truus zeker twee jaar te laat is ingediend. Het verzuimen om tijdig aangifte te doen wordt bestraft met belastingrente, dat is nu eenmaal de wet. De Belastingdienst geeft toe dat het inkomen van Truus in de aangifte van haar fiscaal partner is opgenomen, maar dat is niet voldoende om aan de eigen aangifteplicht te hebben voldaan. Tot slot merkt de Belastingdienst op dat de regeling hier wat hard uitpakt, maar dat dat nu eenmaal de regeling is.
Onevenredige belastingrente: het argument van belastingplichtige
Truus is in de eerste plaats van mening dat zij gewoon aan haar verplichtingen heeft voldaan. Daarnaast benoemt zij het doel en de strekking van de belastingrente. De regels zijn bedoeld als vergoeding voor betalingsachterstanden en daarvan is in deze situatie nooit sprake geweest. De volledige belasting was immers al betaald door de partner en haar deel zal daar gewoon bij in. Sterker nog, de Belastingdienst heeft meer geld tot zijn beschikking gehad, omdat de herziening per saldo tot minder verschuldigde belasting heeft geleid.
Onevenredige belastingrente: het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt eerst vast dat de belastingrente juist is berekend. Daarna merkt hij op dat de gedachte achter belastingrente is, dat ongewenste rente-effecten kunnen worden voorkomen of beperkt. Geldend recht daarbij is dat belastingrente onder omstandigheden, bijvoorbeeld op grond van het evenredigheidsbeginsel, achterwege moet blijven. De vraag is dan of zo’n situatie zich hier voordoet.
De rechtbank zet uiteen wat er in dit geval precies gebeurt. Als hier de belastingrenteregels strikt worden toegepast, dan leidt dat tot een berekening alsof er verzuimd is. De vraag is dan eerst of Truus inderdaad verzuimd heeft. Zij heeft haar eigen aangifte inderdaad te laat gedaan, maar de eerdere gezamenlijke aangifte en de betaalde aanslag zijn wel betaald. De wijziging van de aangifte heeft per saldo geleid tot een teruggaaf. De Belastingdienst heeft dus al het geld tijdens het – vermeende – verzuim onder zich gehad. Zelfs de Staatssecretaris heeft naar aanleiding van recent onderzoek in zijn algemeenheid aangegeven dat dit onrechtvaardig kan zijn. Deze overwegingen zijn voor de rechtbank voldoende om tot een oordeel te kunnen komen.
Het oordeel van de rechtbank is in het voordeel van Truus. Het evenredigheidsbeginsel staat aan het in rekening brengen van belastingrente in deze situatie in de weg. Het strikt volgen van de wet zou leiden tot een uitkomst die zich niet verhoudt tot doel en de strekking van de belastingrenteregels. Deze onevenredigheid moet worden voorkomen en is reden om de beschikking belastingrente te vernietigen.
Onevenredige belastingrente: conclusies en advisering
De belastingrenteregeling kan hard uitpakken voor belastingplichtigen. Dat gebeurde in dit voorbeeld ook. De Belastingdienst verschuilt zich hier achter het wet-is-wet principe. Wat van dat principe ook moge zijn, de afgelopen periode is er gelukkig een discussie op gang gekomen over de, vaak harde, uitwerking van fiscale wetgeving. Over dit type praktijksituaties zal het laatste woord dan ook nog niet gesproken zijn.
Wordt u geconfronteerd met navorderingen, naheffingen, boeten en / of belastingrente? En bent u het hiermee oneens? Neem dan eens vrijblijvend contact op met één van de auteurs om te kijken of wij iets voor u kunnen betekenen.