Bestuurder aansprakelijk door niet betalen fiscus
Als een B.V. niet meer goed draait (of failliet gaat), is het van cruciaal belang dat er zorgvuldig wordt gekeken naar mogelijke belastingschulden die niet worden betaald. In het meest vervelende geval is de bestuurder / DGA in privé aansprakelijk voor de belastingschulden van de B.V. In dit artikel een uiteenzetting van een tweetal langlopende procedures.
Kennelijk onbehoorlijk bestuur bij niet betalen Belastingdienst (procedure 1)
Een slepende procedure bij het Gerechtshof in Leeuwarden. Deze procedure liep via:
- Rechtbank Breda (uitspraak nummer AWB 08/5433) d.d. 19 oktober 2009 gelijk Belastingdienst);
- Gerechtshof in 's Hertogenbosch (uitspraak nummer 09/00687) d.d. 15 oktober 2010, gelijk Belastingdienst);
- Hoge Raad (arrest nummer 10/05089) d.d. 24 februari 2012) vernietigt uitspraak Gerechtshof 's Hertogenbosch met verwijzing naar Gerechtshof Leeuwarden.
De essentie is dat een bestuurder in privé aansprakelijk is als blijkt dat hij wel de crediteuren van de B.V. heeft betaald maar de Belastingdienst niet. De bestuurder is aansprakelijk gesteld voor ruim € 100.000.
B.V. X kiest ervoor om belastingschulden niet te betalen, maar de overige schuldeisers wel. De Belastingdienst is van mening dat hierdoor de bestuurder van B.V. X in privé aansprakelijk is voor de niet betaalde belastingschulden. Over dit probleem wordt door partijen geprocedeerd. Volgens het Gerechtshof is de bestuurder van B.V. X aansprakelijk. In deze procedure ging het niet om de formele bestuurder, maar de feitelijk / indirecte bestuurder van B.V. X.
De B.V. ging in 2007 in gesprek met de Belastingdienst en in september 2007 wordt er ook betalingsonmacht gemeld (moet nu schriftelijk, destijds niet). De betalingsonmacht was op tijd en dus rechtsgeldig. De Inspecteur was echter van mening dat de betalingsonmacht is te wijten aan het onbehoorlijke bestuur van de bestuurder (artikel 36 invorderingswet). De bestuurder was het hier niet mee eens. De rechter is van mening dat de bestuurder - blijkbaar bewust - de Belastingdienst niet betaalde en de crediteuren wel. De bestuurder had moeten begrijpen dat hij hiermee bewust de Belastingdienst benadeelde.
Bank betalen en Belastingdienst niet, onbehoorlijk bestuur (procedure 2)
Dezelfde lange route kwam aan de orde bij het Gerechtshof Arnhem - Leeuwarden (in 2018). Deze procedure liep via:
- Rechtbank Zeeland - West Brabant d.d. 16 juli 2013 (ECLI:NL:RBZWB:2013:5919);
- Gerechtshof 's Hertogenbosch d.d. 21 mei 2015 (ECLI:NL:GHSHE:2015:1846);
- Conclusie advocaat generaal d.d. 31 maart 2016 (ECLI:NL:PHR:2016:204);
- Hoge Raad d.d. 31 maart 2017 (ECLI:NL:HR:2017:530).
In de verwijzingsprocedure bij het Gerechtshof Arnhem - Leeuwarden (2018) kwam de volgende casus aan de orde. Een B.V. gaat failliet omdat een belangrijk vervoerscontract niet wordt verlengd. De B.V. is hiermee niet meer levensvatbaar en gaat failliet. De Rabobank zet druk op de ondernemer en uiteindelijk worden de schulden aan de Rabobank afgelost. De Belastingdienst krijgt haar vorderingen niet betaald (totaal ruim € 300.000). De B.V. gaat uiteindelijk failliet en de DGA / bestuurder wordt door de Belastingdienst aansprakelijk gesteld. De centrale vraag is: "heeft de bestuurder de Belastingdienst bewust benadeeld?" De bestuurder stelt dat hij de opbrengsten uit onder meer activa wel moest gebruiken om de Rabobank af te lossen, hij had geen keuze. De ontvangsten kwamen namelijk op de bankrekening van de Rabobank binnen en de bank beroept zich dan op verrekening. De bestuurder heeft hierover de Belastingdienst niet geïnformeerd, maar dit was volgens de Hoge Raad ook niet nodig. Het Gerechtshof in Arnhem is vervolgens van mening dat de bestuurder een ernstig en persoonlijk verwijt kan worden gemaakt. De reden hiervoor is dat de bedrijfsvoering tijdelijk is voortgezet en dat daarbij voorrang is gegeven aan de Rabobank en crediteuren, en niet aan de Belastingdienst. De bestuurder wist of behoorde te weten dat de belastingschulden hierdoor niet (volledig) zouden worden betaald.
Onbehoorlijk bestuur moet goed worden onderzocht (procedure 3)
Henk is feitelijk bestuurder van een BV. Belastingen worden niet betaald en Henk wordt in prive aansprakelijk gesteld voor onbetaald gebleven belastingschulden. De Rechtbank en het Gerechtshof 's Hertogenbosch beslissen dat de ontvanger aannemelijk heeft gemaakt dat Henk feitelijk bestuurder is geweest. De niet betaling van de verschuldigde belastingen is het gevolg van aan Henk te verwijten onbehoorlijk bestuur. Henk stapt - met succes - naar de Hoge Raad. Het Gerechtshof heeft zijn stelling gebaseerd op een rapport dat is opgemaakt voor de omzetbelasting. Uit dit rapport (en de daarom gebaseerde overwegingen) blijkt niet dat Henk door zijn onbehoorlijke bestuur bewerkstelligd heeft dat verschuldigde belastingen niet volledig zijn betaald. Het Gerechtshof Arnhem Leeuwarden moet dit nu alsnog uitzoeken. Hoge Raad 8 juni 2018 ECLI:NL:HR:2018:853
Beoordeling fiscaal jurist
Een B.V. is aansprakelijk voor haar eigen belastingschulden. Bij onbehoorlijk bestuur kan een bestuurder ook in privé worden aangesproken door de curator of de Belastingdienst. Als u in zwaar weer zit, moet u tijdig schriftelijk richting de Belastingdienst, het pensioenfonds en de uitkeringsinstanties melden dat u belastingen of premies niet kunt betalen. Normaal gesproken is dit voldoende om privé aansprakelijkheid van de bestuurder te voorkomen of te beperken. Het kan echter zijn dat de bestuurder wel de betalingsonmacht heeft gemeld, maar wel onbehoorlijk heeft gehandeld. In deze procedures is dit zo. Let erop dat u bij financieel zwaar weer een goede fiscaal jurist en advocaat in de hand neemt.
Bron kennelijk onbehoorlijk bestuur
Gerechtshof Leeuwarden d.d. 26 februari 2013 (gepubliceerd 8 maart 2013).
Gerechtshof Arnhem d.d. 13 februari 2018 (ECLI:NL:GHARL:2018:1462).