print sitemap zoeken disclaimer contact

Jongbloed Dakar Team

Jongbloed Dakar Team

Formeel belastingrecht

Rechtsbescherming verder in de knel. Voorkom dat de FIOD stukken achterhoudt.

Als u verdacht wordt van een strafbaar feit, kan het zijn dat ook de Belastingdienst nog eens ‘op de koffie komt’. De wet geeft de belastinginspecteur de bevoegdheid tot het opvragen van stukken uit een strafdossier bij het OM[1]. Die gegevens kunnen dan gebruikt worden om de resultaten van de (vermeende) criminele activiteiten te belasten.

Waarom werden stukken achtergehouden door de FIOD?

De kinderopvangsector zit in de hoek waar tegenwoordig de klappen vallen. Zo ook in de volgende, recente casus. De Belastingdienst doet een onderzoek bij een gastouderbureau en het daarvan opgemaakte rapport leidt tot het inschakelen van de FIOD. Een en ander leidt tot vervolging en veroordeling (valsheid in geschrifte, witwassen, lid criminele organisatie) van de dochter op wiens naam het bureau stond.

De belastinginspecteur vraagt de stukken op bij het OM t.b.v. de belastingheffing. De OvJ stemt daarmee in, waarop de stukken worden verstrekt aan de FIOD. De FIOD selecteert vervolgens de stukken en stelt die ter beschikking aan de belastinginspecteur. Op basis van die stukken volgen navorderingsaanslagen.

De belastingplichtige komt tegen de aanslagen in beroep en belandt uiteindelijk bij de Hoge Raad.

In een (fiscale) procedure is van belang dat beide partijen over dezelfde ‘wapens’ beschikken. Eén van de vereisten daarvoor is dat de belastinginspecteur ‘alle op de zaak betrekking hebbende stukken’[2]aan de rechter stuurt (en dus ook aan de belastingplichtige).

De belastingplichtige stelt dat de belastinginspecteur niet alle stukken heeft verstrekt omdat deze niet het volledige strafdossier heeft ingediend, maar slechts een selectie. In wezen heeft hij dus geen eerlijk proces gehad.

Stukken strafdossier niet verstrekt door inspecteur 

De FIOD heeft een strafrechtelijk onderzoek ingesteld bij de heer X (handel in sigaretten). De inspecteur legt naheffingsaanslagen op van ruim 100.000 euro. In geschil is of de naheffingsaanslagen terecht zijn opgelegd en/of de inspecteur in dat kader alle op de zaak betrekking hebbende stukken heeft ingebracht. De inspecteur stelt dat hieraan keurig is voldaan doordat hij een bewerkte versie van het overzichtsproces verbaal en een aantal bijlagen heeft verstrekt, dit terwijl het volledige FIOD dossier hem ter beschikking stond (aldus de bevestiging tijdens de zitting). De rechtbank Noord Holland d.d. 2 april 2024 (ECLI:NL:RBNHO:2024:3170) is het hier niet mee eens. De inspecteur is echter volgens de rechtbank verplicht om alle op de zaak betrekking hebbende stukken te overleggen. Dit zijn alle zaken die hem ter raadpleging ter beschikking staan of hebben gestaan en die voor de beslechting van het geschil relevant kunnen zijn. Het staat de inspecteur dan niet vrij om zelf een selectie te maken. Beroep op artikel 8:29 AWB slaag niet. Volgens de rechtbank heeft de inspecteur door zijn eigen selectie te maken artikel 8:42 eerste lid AWB geschonden. Hierdoor blijft onduidelijk of de heer X de sigaretten voorhanden heeft gehad. Voor een verdieping over dit onderwerp kunt u ook onderstaande arresten raadplegen:

De Hoge Raad over stukken achterhouden

De Hoge Raad pelt de zaak af en oordeelt in stappen als volgt.

  1. De verplichting stukken in te brengen ziet op de belastinginspecteur zoals aangeduid in de wet en niet op de Belastingdienst als geheel. De FIOD is weliswaar onderdeel van de Belastingdienst, maar niet de belastinginspecteur. De stukken die onder de FIOD zijn hoeven dus in beginsel niet ingediend te worden.
  2. De stukken die de FIOD, maar ook het OM of andere instanties, heeft moeten WEL worden ingediend als: - die stukken die de belastinginspecteur ter beschikking staan of hebben gestaan EN van belang kunnen zijn voor het (resterende) fiscale geschil. Dat moet per stuk afzonderlijk worden beoordeeld.
  3. De belastinginspecteur is niet verplicht het OM te verzoeken het gehele dossier beschikbaar te stellen om daar zelf de stukken uit te selecteren.
  4. De belastingplichtige heeft niet de stelling ingenomen dat de FIOD bij de selectie stukken heeft achtergehouden die wel voor de belastingheffing van belang kunnen zijn.

Eindconclusie is dan dat de belastinginspecteur de wet niet heeft geschonden en de navorderingen blijven in stand.

Opmerking fiscaal jurist over zaakstukken

De Belastingdienst zet de FIOD / het OM op het spoor en na de strafvervolging maakt de Belastingdienst gebruik van de aldaar verzamelde gegevens. Op zich is dat niet bezwaarlijk, iedereen moet zijn deel van de belasting betalen, al kan over de wijze waarop anders worden gedacht. Het knelpunt zit in de beoordeling van de gegevens, de strafrechtelijke bewijsstukken.

Laten we het voorzichtig als volgt stellen. Het is geen onomstreden gedachte dat het OM bij de jacht op en vervolging van strafbare feiten eerder op zoek gaat naar belastend materiaal als ontlastend materiaal en ook minder genegen kan zijn gevonden ontlastend materiaal in het dossier te voegen. Datzelfde geldt ook voor de FIOD en de belastinginspecteur. Die zijn geneigd om vooreerst op zoek te gaan naar materiaal dat de belastingheffing rechtvaardigt en hebben minder oog voor materiaal dat de andere kant op wijst. In het kader van het FIOD-onderzoek volgt uit het EVRM dat ook recht staat op kennisname van ontlastende stukken.[3]Dat zou ook kunnen gelden voor de selectie van materiaal uit een strafdossier.

Als een belastingplichtige niet weet wat er allemaal aan materiaal is, is het niet te controleren of er mogelijk materiaal ontbreekt. In de termen van de Awb: of alle van belang zijnde stukken zijn ingediend. In wezen is sprake van een niet objectief controleerbare zeeffunctie toegepast door de overheid. De rechter zelf is ook niet gehouden zelfstandig op zoek te gaan naar (ontlastend) bewijs. Het is dus aan de belastingplichtige om op het (mogelijke) bestaan daarvan te wijzen en om inbreng van dat bewijs te verzoeken.

Ook het feit dat de FIOD onderdeel is van de Belastingdienst baart zorgen, nu de Hoge Raad die (processueel) niet gelijkstelt aan de belastinginspecteur. Het is immers niet ondenkbaar dat de belastinginspecteur een kortere lijn heeft met de FIOD dan de belastingplichtige, in die zin dat de ‘collega’s’ gevraagd wordt nog eens het dossier in te duiken voor bewijsstukken. Dat geeft de belastinginspecteur in wezen toegang tot het gehele FIOD-dossier als hij dat wenst (dus ter beschikking staat en dus moet worden ingediend). Die optie ligt voor de belastingplichtige minder voor de hand. Er is al geen effectieve controle op (de volledigheid van) de stukken die het OM verstrekt. De tussenschakeling van de FIOD leidt dan mogelijk tot extra ruis. De rechtsbescherming van de belastingplichtige is er niet beter op geworden.

Of de belastingplichtige over een volledig dossier beschikt, blijft dus in nevelen gehuld. Wellicht dat er een oplossing zit in het hiervoor opgenomen punt 4. in de uitspraak van de Hoge Raad. De belastingplichtige kan het standpunt innemen dat de FIOD bij de selectie stukken achterhoudt. Die stelling moet wel worden onderbouwd. Aan de onderbouwing moeten dan niet al te hoge eisen worden gesteld. Ook kan worden gedacht aan de verplichting om van een strafdossier een volledige inhoudsopgave te verstrekken met vermelding van de aard van de inhoud van het stuk. In algemene zin moet zoveel mogelijk worden gewaarborgd dat de belastingplichtige over een volledig dossier beschikt. Voorts moet toetsbaar zijn dat dit werkelijk het geval is. Door het weglakken van delen van stukken kan de inspecteur inzichtelijk maken welke stukken er zijn. Desnoods past hij daarbij artikel 8:29 Awb toe (geheimhouding). Op die manier wordt de onafhankelijke rechter – al dan niet in de vorm van de geheimhoudingskamer – erbij betrokken.

Uitspraak Hoge Raad 25 juni 2021



[3]Arrest Edwards

Deel deze pagina

Laatste update op 26-06-2024
Artikel gemaakt op 28-06-2021
Dit artikel (of blog of voorbeeldovereenkomst) is met aandacht en zorgvuldigheid geschreven, maar bevat informatie van algemene en informatieve aard. De informatie in dit artikel kan, afhankelijk van de omstandigheden van uw specifieke geval, niet of verminderd van toepassing zijn. De informatie in dit artikel dient derhalve niet als fiscaal/juridisch advies te worden beschouwd. Jongbloed Fiscaal Juristen N.V., haar medewerkers en of haar vestigingen/deelnemingen aanvaarden dan ook geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van het gebruik van de informatie uit het artikel.
U bevindt zich hier : Jongbloed Fiscaal Juristen Kennisbank Formeel belastingrecht Achterhouden FIOD-stukken

Jongbloed Fiscaal Juristen - Disclaimer - Zoeken - Sitemap