Hypotheekrente aftrek bij een echtscheiding
In dit artikel behandelen wij een procedure van het Gerechtshof Arnhem - Leeuwarden d.d. 6 juni 2023.
In een echtscheidingsconvenant wordt vastgelegd dat de ex partner (Henk) de volledige hypotheekrente moet betalen. Henk voldoet conform het convenant alle hypotheekrente echter de rechter is van mening dat deze niet volledig bij Henk aftrekbaar is omdat Henk niet de volledige economische eigenaar van de eigen woning is.
Gerechtshof inzake convenant, hypotheekrente en eigen woning
- Henk is in gemeenschap van goederen getrouwd met Tamara. Sinds juni 2014 zijn Henk en Tamara officieel gescheiden. Tamara heeft haar auto ingepakt, alle spullen in dozen gestopt en zij heeft, in maart 2014, de woning verlaten.
- Er zal geen alimentatie worden betaald en de woning zal worden verkocht, een ieder krijgt zijn deel en gaat verder met zijn leven.
- Henk heeft een nieuwe vriendin (Truus) en zij komt - ondanks een minder spannende naam - in augustus 2015 bij Henk wonen.
- In de aangifte inkomstenbelasting 2014 is niet gekozen voor (voljaars) fiscaal partnerschap (ex artikel 2.17 lid 7 wet IB).
- Er is kennelijk bewust afgezien van partneralimentatie, hoewel beide partijen hier meermaals op zijn gewezen. Ze stellen normen en waarden boven de onderhoudsverplichting na het huwelijk.
- De woning wordt in 2016 verkocht, gedurende de periode 2014 - 2016 voldoet Henk - conform het convenant - de hypotheekrente. Hij claimt hiervoor ook aftrek in zijn aangiften inkomstenbelasting. De inspecteur, de rechtbanken het gerechtshof zijn het hier niet mee eens. Omdat de woning maar voor 50% in eigendom toebehoort is de hypotheekrente ook maar voor 50% aftrekbaar, zo simpel is het.
- De andere 50% is ook niet aftrekbaar als onderhoudsverplichting (alimentatie) omdat in het convenant hiervan uitdrukkelijk afstand is gedaan. In hoger beroep komt Henk nog met een verklaring van Tamara inzake de betaalde hypotheekrente, ook dit helpt niet.
Noot fiscaal jurist inzake echtscheiding en hypotheekrente
Als Henk en Tamara in 2014 hadden gekozen voor fiscaal partnerschap en het convenant anders hadden opgesteld was dit niet zo gelopen.
Bij een echtscheiding zijn er verschillende zaken waarmee rekening moet worden gehouden met betrekking tot de hypotheekrenteaftrek. De hypotheekrenteaftrek is een fiscale regeling waarbij de rente die je betaalt op een eigen woning lening (hypotheek) in mindering gebracht kan worden op je belastbaar inkomen. Deze regeling kan van invloed zijn op de verdeling van de financiën en de woning na een echtscheiding. Zoals uit bovenstaande uitspraak volgt is het hierbij wel van belang wie (economisch) eigenaar van de eigen woning is.
Hier zijn enkele belangrijke punten om in gedachten te houden:
- Gezamenlijke hypotheek: Als je samen met je partner een gezamenlijke hypotheek hebt, moet je afspraken maken over wie de woning overneemt en wie verantwoordelijk is voor het betalen van de hypotheeklasten. Als één van jullie de woning overneemt, kan die persoon mogelijk de hypotheekrente blijven aftrekken. Het is belangrijk om hierover afspraken te maken en deze vast te leggen in een echtscheidingsconvenant. Doe dit niet zoals in deze casus, dan gaat het mis.
- Eigenwoningreserve: Als je na de echtscheiding een nieuwe woning koopt, kan de eigenwoningreserve van invloed zijn op de hypotheekrenteaftrek. De eigenwoningreserve is het bedrag dat overblijft nadat de verkoopopbrengst van de oude woning is verminderd met de eventuele restschuld en verkoopkosten. Dit bedrag moet gebruikt worden voor de aankoop van een nieuwe eigen woning om in aanmerking te komen voor volledige hypotheekrenteaftrek. Als je de eigenwoningreserve niet volledig gebruikt, kan dit leiden tot beperkingen in de hypotheekrenteaftrek voor de nieuwe woning.
- Uitkopen ex-partner: Als jij of je ex-partner de ander uitkoopt bij de verdeling van de woning, kan dit gevolgen hebben voor de hypotheekrenteaftrek. De persoon die de woning overneemt en de hypotheek voortzet, kan de volledige hypotheekrente blijven aftrekken. Het is belangrijk om hierover goede afspraken te maken en deze vast te leggen in een echtscheidingsconvenant. Laat altijd een fiscalist meekijken in het echtscheidingsconvenant.
- Verkoop woning: Als jullie besluiten om de woning te verkopen, zal de hypotheekrenteaftrek uiteindelijk komen te vervallen. Na de verkoop van de woning is er geen eigen woning meer waarvoor hypotheekrente aftrekbaar is. Verminder dan direct ook je voorlopige aanslag inkomstenbelasting over dat jaar.
Het is altijd verstandig om professioneel advies in te winnen bij een fiscalist en een scheidingsexpert. Deze experts kunnen je helpen bij het maken van de juiste beslissingen en het opstellen van een echtscheidingsconvenant dat rekening houdt met de fiscale aspecten. De advocaat in deze had beter even met een fiscalist kunnen bellen.
Fiscaal partnerschap herleeft bij niet ontvankelijk echtscheidingsverzoek
De kennisgroep van de belastingdienst heeft in maart 2024 gekeken naar het fiscaal partnerschap als er sprake is van een niet ontvankelijk echtscheidingsverzoek. Wat zijn de gevolgen voor het fiscale partnerschap?
- Voorbeeld: Echtpaar dienst op 11 november 2021 een verzoek tot echtscheiding in bij de Rechtbank. De man wordt uitgeschreven op het woonadres per deze datum (in basisadministratie). Het echtscheidingsverzoek wordt op 1 maart 2022 niet ontvankelijk verklaard. Deze wordt op 1 juni 2022 onherroepelijk. Ook na 1 maart 2022 blijven beide ex partners op andere woonadressen wonen.
- Periode tot 11 november 2021: Fiscaal partnerschap op grond van artikel 5a, eerste lid, onderdeel a, AWR. Echtgenoten worden als fiscaal partners aangemerkt vanaf het sluiten van het huwelijk tot ontbinding door overlijden of echtscheiding (artikel 1:149 BW).
- Periode 11 november 2021 tot 1 maart 2022: Geen fiscaal partnerschap. Ondanks het ingediende echtscheidingsverzoek is het huwelijk nog niet ontbonden. Echter, door inschrijving op verschillende woonadressen in de BRP en het ingediende verzoek tot echtscheiding, wordt aan de cumulatieve voorwaarden van artikel 5a, vierde lid, AWR voldaan, waardoor geen sprake is van fiscaal partnerschap. Zie ook de hiermee samenhangende kamerstukken en de brief van de staatssecretaris uit 2010.
- Periode 1 maart 2022 tot 1 juni 2022: Geen fiscaal partnerschap. Het echtscheidingsverzoek is niet-ontvankelijk verklaard, maar de niet-ontvankelijkverklaring is nog niet onherroepelijk. Gedurende deze periode is er, conform artikel 5a, vierde lid, AWR, geen sprake van fiscaal partnerschap.
- Periode vanaf 1 juni 2022: Hervatting van fiscaal partnerschap. Na de onherroepelijke niet-ontvankelijkverklaring van het echtscheidingsverzoek, en bij gebrek aan een nieuw verzoek tot echtscheiding, is opnieuw sprake van fiscaal partnerschap conform artikel 5a, eerste lid, onderdeel a, AWR.
- Juridische beoordeling (a) Artikel 5a, eerste lid, onderdeel a, AWR: Definitie van fiscaal partnerschap gebaseerd op de burgerlijke staat van echtgenoten; (b) Artikel 1:149 BW: Bepaalt dat het huwelijk eindigt door ontbinding na overlijden of echtscheiding; (c) Artikel 5a, vierde lid, AWR**: Biedt een uitzondering op de hoofdregel van fiscaal partnerschap indien een echtscheidingsverzoek is ingediend en de echtgenoten niet meer op hetzelfde adres in de BRP staan ingeschreven; (d) Artikel 358, tweede lid, Rv**: Stelt de beroepstermijn vast op drie maanden, waarna een rechterlijke beslissing onherroepelijk wordt.
Bron echtscheiding en eigen woning
Gerechtshof Arnhem - Leeuwarden d.d. 6 juni 2023 ECLI:NL:GHARL:2023:4793
Fiscalist naast uw advocaat nodig? Vraag vrijblijvende offerte
Meer weten van hypotheekrenteaftrek bij echtscheiding
- Echtscheiding en hypotheekrenteaftrek
- Echtscheiding ondernemer DGA
- Echtscheiding en woning
- Echtscheiding en eigen woning
- Echtscheiding en testament
- Echtscheiding bij ondernemers
- Hypotheekrenteaftrek bij echtscheiding
- Echtscheiding en hypotheekrente
- Hypotheekrente na echtscheiding
- Fiscale aandachtspunten echtscheiding
- Echtscheiding en woonlasten