Reiskosten in 2004
20-03-2004
Fiscale behandeling reiskosten per 1 januari 2004
Onlangs heeft de Staatssecretaris van Financiën de regels omtrent de fiscale behandeling van reiskostenvergoedingen op een rijtje gezet. Bovendien doet hij een aantal praktische handreikingen. Zoals wellicht bekend, golden tot 1 januari 2004 fiscaal afzonderlijke vergoedingsmogelijkheden voor regelmatig woon-werkverkeer en voor andere zakelijke reizen. De regeling in het kort
- Voor zakelijke reizen per auto die niet onder de regeling voor regelmatig woon-werkverkeer vielen, kon werkgever een belastingvrije vergoeding van maximaal € 0,28 per kilometer geven.
- Voor zakelijke reizen die niet per auto werden afgelegd kon een onbelaste vergoeding ter grootte van de werkelijke kosten worden gegeven. Hierbij was voor de fiets en de motorfiets per kilometer zonder nadere onderbouwing een vrije vergoeding toegestaan van € 0,05 respectievelijk € 0,28, en voor de scooter en bromfiets € 0,10. Voor het regelmatig woon-werkverkeer was het zogenoemde reiskostenforfait van toepassing.
- Met ingang van 1 januari 2004 is een onbelaste vergoeding mogelijk van maximaal € 0,18 per kilometer over de volledige reisafstand voor alle zakelijke kilometers die de werknemer aflegt. Dit ongeacht het vervoermiddel, auto, motorfiets, fiets, openbaar vervoer, te voet, etc.
- de woon-werkkilometers kwalificeren als zakelijke kilometers. Er is dus geen wettelijk onderscheid meer tussen regelmatig woon-werkverkeer en andere zakelijke reizen.
- In het besluit doet de Staatssecretaris van Financiën ten slotte een aantal praktische handreikingen. Eén daarvan is de zogenoemde saldering. Het is namelijk denkbaar dat met ingang van 1 januari 2004 vergoedingen voor woon-werkverkeer lager zijn dan € 0,18 per kilometer, terwijl tegelijkertijd vergoedingen voor andere zakelijke reizen fiscaal bovenmatig zijn omdat deze hoger zijn dan € 0,18 per kilometer. In zo’n geval is het niet zonder meer mogelijk om de fiscale ruimte en de fiscale bovenmatigheid met elkaar te compenseren. Dit is volgens de Staatssecretaris van Financiën wel het geval als een werkgever vastlegt dat voorzover bepaalde reiskostenvergoedingen fiscaal bovenmatig zijn, ze mede strekken tot vergoeding van reiskosten die de werkgever in zoverre nog wel aanvullend belastingvrij kan vergoeden. De werkgever kan dit bijvoorbeeld vastleggen via een addendum bij de (collectieve) arbeidsovereenkomst of de toepasselijke vergoedingsregeling. Op deze wijze kunnen dus eventuele bovenmatigheden wél worden toegerekend aan andere zakelijke kilometers.
- Als een werknemer op jaarbasis doorgaans naar én of meer vaste arbeidsplaatsen
reist, kan een werkgever aan de hand van de volgende factoren een vaste
vrije vergoeding van reiskosten bepalen: Stel iemand werkt full time dan
werkt hij 260 dagen per jaar, dit moet worden verminderd met 54 dagen (gemiddelde
ziekte, vakantie, verlof, etc.). U houdt dan 206 dagen over. De formule
wordt dan 260-54 x woonwerk (heen en terug) x € 0,18
Bron: Besluit van de Staatssecretaris van Financiën 12 maart 2004, nummer
CPP2003/3015M
Datum: 20 maart 2004
Auteur: mr. D.J.B. Jongbloed