Procederen tegen de Belastingdienst
Gelijk hebben en gelijk krijgen
Procederen is een leuk maar kostbaar onderdeel van ons vak als fiscaal jurist. De klant staat aan het begin van een juridische weg die langer is dan men zou willen. Velen hebben de aangifte voor 1 april ingediend en hebben nu de aanslag al thuis ontvangen. Als u het niet eens bent met de aanslag moet u bezwaar maken. Sommige kansrijke zaken komen niet onder de hamer omdat de kosten niet opwegen tegen de baten, dus haakt de belastingbetaler af. In dit artikel gaan we een kijkje nemen in de keuken van de fiscale procedure tegen de Belastingdienst. Veel kunt u zelf en met een beetje hulp stapt u ook zelf naar de rechter.
Bezwaarfase
U krijgt een aanslag op de deurmat waar u het niet mee eens bent. Dit moet u kenbaar maken, dit gebeurt middels een bezwaarschrift. Een bezwaar moet binnen 6 weken (na dagtekening op de aanslag) worden ingediend. De Belastingdienst heeft dan 104 weken de tijd om te reageren, dit terzijde. Als u niet over alle relevante informatie beschikt, geef dan aan dat u deze nog zult verstrekken. Verzoek altijd om gehoord te worden, u kunt dan nog zaken verduidelijken. Als de Belastingdienst aan het horen niet tegemoet komt, staat u voor de rechter met één tegen nul voor, de procedure wint u niet automatisch maar u krijgt veelal wel de griffiekosten vergoed. Zorg ervoor dat u gefundeerd en zorgvuldig bezwaar maakt, dit zal mede het succes bepalen.
Tips bezwaarfase
- Horen: verzoek altijd om gehoord te worden.
- Kostenvergoeding: als de Belastingdienst echt fout zit, vraag dan een onkostenvergoeding, als basis is deze € 161.
- Uitstel van betaling: bepaal het deel waar u het niet mee eens bent en vraag hiervoor om uitstel van betaling. Het deel waar u het mee eens bent moet wel betaald worden.
- Inzage in uw dossier: in de bezwaarfase heeft u recht op inzage van het dossier van de Belastingdienst, vraag hierom.
- Boete: tegen een boete moet u apart bezwaar aantekenen.
Beroep
Na Vinkenslag is het lastiger om afspraken met de Belastingdienst te
maken. Een rapport van de Staatssecretaris in 2004 heeft de hoop voor een
soepele maatwerkoplossing eigenlijk de nek omgedraaid. Dit wordt nog eens
versterkt door de kennisgroepen, die binnen de Belastingdienst zijn gevormd.
De Inspecteur is mede hierdoor aan handen en voeten gebonden en eigenlijk
monddood gemaakt. Procederen is dan nog de enige hoop. Vanaf 2005 begint
de fiscale procedure bij de Rechtbank, daarna kunt u in hoger beroep bij
het Gerechtshof. Beide instanties behandelen de zaak inhoudelijk. Cassatie
bij de Hoge Raad kan dan ook nog, maar dan bent u jaren verder. Procederen
wordt steeds meer een specialisme, maar u kunt het met een goede voorbereiding
best zelf. Een gedegen beroepsschrift, eventueel met verzoek om mediation,
is cruciaal. Vraag altijd een gesprek aan bij een fiscaal jurist, hij kan
u wegwijs maken in de wondere wereld die procederen heet.
Datum : 25 augustus 2006