Prinsjesdag 2024
De belastingplannen voor 2025 en daarna zijn op 17 september 2024 bekend gemaakt. Hieronder een samenvatting van de belangrijkste wijzigingen voor 2025 en daarna.
Algemene maatregelen op fiscaal gebied in 2025
- De 30% regeling wordt vervangen door de 27% regeling. Versobering wordt dus ingetrokken.
- Er komt een extra schijf in de inkomstenbelasting (minder belasting voor eerste deel inkomen).
- Kindgebonden budget en huurtoeslag gaan omhoog.
- We mogen soms weer 130 kilometer per uur rijden.
- Energiebelasting op aardgas gaat omlaag per 1 januari 2025.
- BTW op cultuur, sport en boeken gaat van 9% naar 21% per 1 januari 2026.
- Verlaagde accijns op brandstoffen blijft in 2025 gelden.
Maatregelen in box 3 in 2025
- Tegenbewijs regeling voor belastingheffing over rendementen in box 3.
- Overdrachtsbelasting (algemene tarief) gaat voor beleggers in woningen van 10,4% naar 8%, echter pas in 2026.
- Vrijstelling in box 3 met betrekking tot herstel van aardbevingsschade: De voorgestelde specifieke vrijstelling is uitsluitend van toepassing op vermogensrechten die voortvloeien uit schadevergoedingen. Indien een gedupeerde in het aardbevingsgebied een schadevergoeding in geld ontvangt en dit bedrag op een peildatum voor box 3 (1 januari van elk jaar) geheel of gedeeltelijk op een bank- of spaarrekening staat, valt dit vermogen wel onder de rendementsgrondslag van box 3 en is het derhalve belastbaar.
Maatregelen voor vastgoed in 2025
- Hypotheekrenteaftrek en eigenwoning forfait blijven gelijk.
- Subsidies voor verduurzaming eigen woningen en andere gebouwen.
- Salderingsregeling wordt in 2027 afgeschaft.
- Hybride warmtepomp wordt gestimuleerd (en niet verplicht).
- Bestaande gebouwen (zoals kantoren) omvormen naar woningen wordt eenvoudiger.
- Overdrachtsbelasting (algemene tarief) gaat voor beleggers in woningen van 10,4% naar 8%.
Maatregelen voor particulieren in 2025
- Eigen risico voor zorg wordt bevroren in 2025 en 2026 (max € 385). Verlaging vanaf 2027.
- Er komt een extra schijf in de inkomstenbelasting (minder belasting voor eerste deel inkomen).
- Kindgebonden budget en huurtoeslag gaan omhoog.
- Met ingang van 1 januari 2025 is de heffingskorting afhankelijk van het verzamelinkomen in plaats van het inkomen uit box 1.
Maatregelen bedrijven op fiscaal gebied in 2025
- MKB winstvrijstelling wordt iets verlaagd van 13,31% naar 12,7%.
- VPB tarief blijft in 2025 gelijk aan 2024.
- Giften waren aftrekbaar (in de VPB) tot maximaal 50% van de winst met maximum van € 100.000. Vanaf 2025 zijn giften niet meer aftrekbaar voor de Vennootschapsbelasting.
- Box 2 heffing in 2025 van 33% naar 31% (opstaptarief van 24,5% over eerste € 67.000 per belastingplichtige blijft).
- Inkoop aandelen blijft mogelijk (vrijstelling dividendbelasting blijft).
- Verhoging van maximale renteaftrek in de VPB van 20% naar 25% van de gecorrigeerde EBITDA.
- Renteaftrekbeperking voor vastgoedlichamen wordt aangescherpt, de drempel van € 1.000.000 geldt niet meer voor vastgoedlichamen, bij vastgoedlichamen is dus maximaal 25% van de EBITDA aan rente aftrekbaar.
- Nieuwe wetgeving welke duidelijkheid moet geven voor flexwerkers (uitzendkracht, ondernemer, oproepkracht. etc.). De Belastingdienst zal gaan handhaven op schijnzelfstandigheid.
- Aanpassing van de kwijtscheldingswinstvrijstelling: De kwijtscheldingswinstvrijstelling in de vennootschapsbelasting wordt aangepast op het punt om eventuele nadelige effecten van de samenloop met de per 2022 gewijzigde regels inzake verliesverrekening te voorkomen. Deze herziening is bedoeld om ongewenste fiscale consequenties te voorkomen bij ondernemingen die met kwijtscheldingswinst te maken hebben.
Maatregelen inzake bedrijfsopvolgingsregeling voor ondernemers
- Afschaffing dienstbetrekkingseis in de doorschuifregeling in de inkomstenbelasting (DSR). De opvolger hoeft dus niet meer 3 jaar in dienstbetrekking te zijn bij de onderneming of BV.
- Er komt een minimumleeftijd van 21 jaar voor de bedrijfsopvolger, zowel voor schenkbelasting als inkomstenbelasting (niet bij vererving).
- Doelmatigheidseis van 5% in de schenk- en erfbelasting (BOR) wordt afgeschaft. 5% van het ondernemingsvermogen (aanwezig als belegging) kwalificeert voor de BOR en DSR.
- Bedrijfsmiddelen kwalificeren alleen nog als ondernemingsvermogen indien ze daadwerkelijk binnen de onderneming worden gebruikt.
- Percentage BOR wordt 100% tot € 1,5 miljoen en over meerdere 75%. Dit was 100% tot € 1.325.253 en 83% over het meerdere.
- Voorzettingseis gaat in 2026 van 5 naar 3 jaar.
- Bezitseis wordt vanaf 2026 soepeler.
- Oneigenlijk gebruik van de BOR en DSR wordt vanaf 2026 aangepakt (de rollatorinvestering en dubbele BOR constructie, denk hierbij aan (a) in zicht van overlijden grote vermogens omzetten in materiele onderneming of (b) onderneming schenken en vervolgens na de voortzettingstermijn terugkopen met beleggingsvermogen en na verstrijken van de bezitstermijn opnieuw schenken).
Stukken coalitie akkoord 2024
- Brief aan de voorzitter
- Eindverslag informateurs
- Hoofdlijnen akkoord tussen partijen
- Akkoord in getallen