Huurkosten aftrekbaar van de winst
Het huurrecht is een vermogensrecht en kan aldus worden aangemerkt als ondernemingsvermogen. De huurkosten zijn dan ook volledig aftrekbaar van de winst, rekening houdende met een bijtelling voor het privégebruik. Voorgaande op grond van het arrest van de Hoge Raad van 12 augustus 2016.
Wat was de casus?
Belanghebbende woont in een gehuurde woning en maakt voor de uitoefening van zijn onderneming gebruik van een werkruimte in deze woning. Deze werkruimte is geen 'zelfstandige' werkruimte in de zin van de fiscale wetgeving. Er is geen sprake van een eigen opgang / ingang en sanitaire voorzieningen zijn niet aanwezig.
In de aangifte inkomstenbelasting brengt belanghebbende het volledige bedrag van de huur in mindering op zijn winst uit onderneming. Vervolgens telt hij een bedrag bij voor het privégebruik van de woning, hij woont er immers ook. Deze bijtelling wordt forfaitair berekend. De Belastingdienst was het niet eens met de aftrek en corrigeerde deze. De zaak kwam voor het gerecht en is uiteindelijk in hoogste instantie beslist.
De Hoge Raad oordeelt in het arrest, in tegenstelling tot het Hof, dat het huurrecht van belanghebbende kan worden aangemerkt als een vermogensrecht. Belanghebbende kan dit huurrecht vervolgens aanmerken als ondernemingsvermogen waardoor de kosten volledig ten laste van de winst kunnen worden gebracht. Voor het privégebruik van de woning vindt een bijtelling plaats.
Kan een huurrecht altijd aangemerkt worden als ondernemingsvermogen?
Nee! Voor het kunnen aanmerken van een vermogensbestanddeel als ondernemingsvermogen moet gekeken worden naar het feitelijk gebruik (de etiketteringsregels). Zo ook het gebruik van de gehuurde woning. In het algemeen kan worden gesteld dat, als een vermogensbestanddeel voor ten minste 10% gebruikt wordt ten behoeve van de onderneming, er sprake is van keuzevermogen. Het staat een ondernemer dan vrij om te kiezen voor ondernemingsvermogen dan wel het vermogensbestanddeel in privé te houden. In uitzonderlijke situaties is een splitsing ook mogelijk, maar dat laat ik hier verder buiten beschouwing. In de onderhavige situatie was sprake van een zakelijk gebruik van meer dan 10%.
Het is echter nog wel van belang dat de keuze gemaakt wordt bij aanschaf van het vermogensbestanddeel. Het herstellen van een foute etikettering is slechts beperkt mogelijk.